Datum

Organisatie

Inspectie SZW

Soort

Onderzoek

De Inspectie SZW schetst met dit onderzoek een geactualiseerd representatief beeld van de toegankelijkheid van de schuldhulpverlening in Nederland en de wijze waarop gemeenten dit medio 2017 in de praktijk uitvoeren.

Conclusies

Er is over het algemeen sprake van een brede toegang tot schuldhulpverlening. Bijna alle gemeenten (93%) gaan bij een verzoek tot schuldhulpverlening over tot een individuele afweging van de situatie van de hulpvrager voordat een gemeente een besluit neemt een aanvraag toe te kennen dan wel af te wijzen.

Ook is er geen sprake van wijdverbreide categoriale uitsluiting van bepaalde doelgroepen. Wel zien de onderzoekers dat nog vrij veel gemeenten de toegang beperken voor zelfstandigen (41%), mensen met fraudeschulden (20%) en mensen die al eerder gebruik hebben gemaakt van een vorm van schuldhulpverlening (21%). Zelfstandigen met financiƫle problemen worden doorverwezen naar een gemeentelijke regeling die voor deze doelgroep in het leven is geroepen (de Bbz, Besluit bijstandverlening zelfstandigen).

Voor de andere groepen waarbij een weigeringsgrond van toepassing is, vindt er in toenemende mate een brede individuele afweging plaats voordat een gemeente een besluit neemt.

Kwetsbaarheden

De onderzoekers signaleren enkele kwetsbaarheden in het proces:

  • De kennis die bij de meldpunten aanwezig is om burgers goed door te geleiden naar schuldhulpverlening is bij een derde van de gemeenten een punt van aandacht.
  • Gemiddeld 20% van de mensen met problematische schulden krijgt geen schuldhulpverlening. Meestal omdat de gemeente ervoor kiest om de hulpverlening eerst op andere problemen te richten, bijvoorbeeld in geval van een verslaving.
  • Bij een derde van de gemeenten wordt niet bewaakt dat de schuldhulpverlening gestart kan worden op het moment dat de situatie is gestabiliseerd.