Laatst bijgewerkt: 18 april 2025

Wat is het Offensief? En waarom is het opgericht?

Aanslagen met explosieven  nemen in aantal toe en hebben ingrijpende gevolgen. Het tegengaan van deze aanslagen is een speerpunt in het beleid van het ministerie van Justitie en Veiligheid en van het huidige kabinet. Mede op verzoek van de Tweede Kamer heeft het ministerie van Justitie en Veiligheid, een publiek-private samenwerking geïnitieerd; het Offensief Tegen Explosies. De partners van het Offensief slaan de handen ineen en treffen maatregelen die zich richten op het terugdringen van het aantal aanslagen met explosieven.

Wie nemen deel aan het Offensief? En waar neemt het Offensief plaats?

Het Offensief Tegen Explosies bestaat uit vertegenwoordigers namens de G4, de G40 en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, de politie, het Openbaar Ministerie, de reclasseringsorganisaties en het ministerie van Justitie en Veiligheid, VNO-NCW en MKB Nederland (namens het bedrijfsleven), het Verbond van Verzekeraars en Aedes (namens woningbouwcorporaties). Ieder neemt deel vanuit de eigen rol, verantwoordelijkheid en bevoegdheid. Burgemeester Carola Schouten van Rotterdam is voorzitter van het Offensief. 

Wat is de doelstelling van het Offensief?

De doelstelling van het Offensief is het inzetten, ontwikkelen en doorontwikkelen van verschillende (innovatieve) maatregelen en interventies om te komen tot een duurzame afname van het aantal (pogingen tot) persoonsgerichte aanslagen met gebruik van explosieven op woningen, bedrijfspanden en voertuigen. Voor 2025 is het ambitieniveau (de doelstelling) een afname van (ten minste) 10% ten opzichte van de aantallen in 2024, dan wel: Het aantal aanslagen in 2025 is minimaal 10% verminderd ten opzichte van het aanslagen in 2024.

Hoe wil het Offensief dit bereiken?

Door een publiek-private samenwerking en met maatregelen en interventies die zich richten op alle facetten van explosiegeweld: preventie, opsporing en vervolging, nazorg en lokale aanpak. De maatregelen en interventies zetten onder andere in op het minder makkelijk beschikbaar maken van explosieven en illegaal vuurwerk, de ogenschijnlijke onuitputtelijke bron van uitvoerders en het vergroten van de maatschappelijke weerbaarheid.

Waar bestaat de aanpak van het Offensief uit?

De aanpak van het Offensief bestaat uit een publiek-private samenwerking met een breed palet aan maatregelen en interventies op het gebied van preventie, opsporing & vervolging, nazorg en lokale aanpak. Binnen preventie staan onder meer jongeren centraal. Het Offensief richt zich op diverse manieren op het bereiken van jongeren t.b.v. het verhogen van hun weerbaarheid. Bijvoorbeeld met communicatie gericht op de vaak kwetsbare potentiële uitvoerders om hen bestand te maken tegen de verleidingen vanuit de criminaliteit en het snelle geld. 

Het Fenomeenbeeld van de politie laat zien dat uitvoerders vaak in een kwetsbare sociaaleconomische en soms ook psychisch kwetsbare situatie verkeren en daardoor makkelijk beïnvloedbaar zijn. Aanslagen plegen met explosieven doen ze voor het geld en vaak zijn ze eerder al in aanraking geweest met politie en justitie Om de weerbaarheid van uitvoerders te vergroten is het belangrijk om bij hen meer bewustzijn te creëren over de gevaren en risico’s van hun betrokkenheid voor zowel zichzelf als hun omgeving. Ook wordt de gemakkelijke (online) verkrijgbaarheid van zwaar illegaal vuurwerk aangepakt door onder meer samenwerking te zoeken met omringende landen en middels een lobby voor strengere regelgeving binnen de EU.

Wat betreft opsporing en vervolging komt naast hard optreden bij betrokkenheid bij een aanslag, meer inzet op intelligence, opsporing, verstoren en heterdaadaanpak. Politie en OM voeren landelijk regie hierop zodat alle eenheden hier optimaal op kunnen inzetten. Politie en OM zijn hierdoor in staat zich nog beter te richten op criminele netwerken waaronder opdrachtgevers, brokers, facilitators en ronselaars.

Het landelijk Fenomeenbeeld laat zien dat een aanzienlijk deel van de aanslagen voortkomt uit conflicten in de relationele of zakelijke sfeer en niet altijd een criminele achtergrond heeft. Het is hiermee een maatschappelijk probleem en daardoor is een integrale aanpak vanuit het Offensief een noodzakelijke aanvulling.Om de lokale aanpak te versterken wordt op basis van al bestaande handelingskaders van diverse gemeenten in het Offensief een landelijk handelingskader opgesteld. Gemeenten krijgen hierdoor ook meer zicht op welke bestuurlijke bevoegdheden en juridisch instrumentarium zij kunnen inzetten om aanslagen tegen te gaan of te voorkomen. 

Ook nazorg aan slachtoffers, omwonenden en de wijk wordt opgenomen in het handelingskader. Hiervoor wordt de samenwerking tussen lokale partners zoals woningcorporaties en andere verhuurders, gemeenten, politie in de wijk en hulpverleningsorganisaties verder verbeterd aangaande de fysieke en emotionele schade.

Hoe groot is het probleem met explosieven? Wat zijn de cijfers?

In 2024 hebben 1543 (pogingen tot) aanslagen met explosieven plaatsgevonden. Dat is een stijging van 71% ten opzichte van 2023. Door de aanslagen in 2024 zijn onder meer 1.119 woningen, 230 bedrijven en 154 voertuigen getroffen. Aanslagen met explosieven worden door het hele land gepleegd, maar in de top-5 van de meest getroffen gemeenten staan achtereenvolgens Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Almere en Den Bosch. In 2024 zijn 315 verdachten aangehouden. In 2025 zijn tot nu toe 83 verdachten opgepakt.

Hoe worden cijfers van aanslagen met explosies geregistreerd?

Om op eenduidige manier te meten hoeveel aanslagen met explosieven plaatsvinden in Nederland houden we vast aan de cijfers van het Landelijk Forensisch Coördinatie Team (LFCT) waar landelijk de incidenten uit de verschillende eenheden centraal worden bijgehouden.

Waarom zijn de cijfers over 2024 hoger dan eerder dit jaar werd gecommuniceerd?

Om in het kader van het Offensief Tegen Explosies tot een nauwkeurige meerjarige monitoring te komen heeft de politie een extra analyse gedaan op incidenten van de afgelopen jaren. Daaruit is voor 2024 een hoger aantal gekomen (1.543) dan aanvankelijk gecommuniceerd (1.244). Het uitlezen en bijhouden van registraties vindt handmatig plaats en het meten van de aantallen vraagt om nauwkeurige menselijke beoordeling. Het kan bijvoorbeeld voorkomen dat een incident in eerste instantie als conflict of ruzie is geregistreerd, waar het bij nader inzien een aanslag met een explosief betreft.

Hoe verhoudt de aanpak van het Offensief zich ten opzicht van wat al gedaan wordt op het gebied van onder meer preventie en aanpak breed in het kader van (jeugd)criminaliteit ?

Op het gebied van preventie wordt lokaal veel gedaan, zoals via het programma Preventie met Gezag en via de inzet op scholen. Het Offensief zet onder meer binnen de bestaande effectieve interventies en maatregelen in op het betrekken van en extra aandacht besteden aan de aanslagenproblematiek. Met de (jeugd)reclassering kan verder worden bekeken of zij een rol kunnen spelen bij interventies die zien op daderaanpak en het meedenken over bestaande en te ontwikkelen interventies binnen het strafrechtelijk kader.

Welke concrete acties zijn er al ondernomen?

Het Offensief heeft een Field Lab mogelijk gemaakt waarbij acht interdisciplinaire teams uit 22 organisaties hebben gewerkt aan het bedenken van interventies. Deze interventies bevinden zich nog in de testfase. Denk bijvoorbeeld aan onderwerpen als het doorbreken van de zwijgcultuur en de rol van sociale media.

Verder heeft de politie een internationale conferentie georganiseerd waarin politiedelegaties uit verschillende landen hebben gesproken over het tegengaan van illegaal zwaar vuurwerk en het versterken van de samenwerking hierop. Om ook de productie en verspreiding ervan strikter te kunnen controleren.

Over wat voor materiaal spreken we als het gaat om explosieven?

Het gaat om explosief materiaal dat door ontploffing fysieke schade kan toebrengen; ontplofbare vaste of vloeibare stoffen, die in zeer korte tijd een ontledings- of verbrandingsreactie kunnen ondergaan waarbij gasvormige producten ontstaan die een veel groter volume innemen dan de oorspronkelijke stof. Bij het plegen van aanslagen met explosieven wordt met name zwaar vuurwerk gebruikt. In het bijzonder gaat het om Cobra’s die in Nederland tot de categorie F4-vuurwerk behoren (uitsluitend bestemd voor professioneel gebruik).

Welke maatregelen heeft het Offensief genomen en/of zal het nemen?

Hieronder een overzicht van maatregelen.

Preventie 

Maatregelen waarmee nu wordt gestart:

  • Actief stimuleren van het opnemen van een clausule in (nieuwe) huurcontracten van woningen en garageboxen over de aanwezigheid van explosieven. In de modelvoorwaarden van Aedes voor (nieuwe) huurcontracten van woningen is deze clausule reeds opgenomen.
  • Het ontmoedigen van het verkrijgen, voorhanden hebben en het gebruik van explosieven door uitvoerders en specifiek ook jongeren.
  • Aansluiten bij, specifiek inzetten op de aanslagenproblematiek binnen en waar mogelijk versterken van de lopende preventieve aanpakken gericht op (jeugd)criminaliteit.
  • Woningcorporaties zijn een (fysieke) schakel voor verborgen problematiek en uitgelezen partner om deze problematiek zichtbaar te maken bij justitieketenpartners, onderzocht wordt op welke wijze deze informatie kan worden gedeeld.
Maatregelen die gefaseerd worden opgepakt: 
  • Verkennen van mogelijkheden tot samenwerking met brancheverenigingen en de Platforms Veilig Ondernemen (PVO), om de weerbaarheid van ondernemers te vergroten.
  • Uitzoeken van de toepassing van (nieuwe) technische hulpmiddelen met bedrijven en/of (kennis)instituten, specifiek met de focus op het voorkomen van (vervolg)aanslagen en herhaald slachtofferschap.

Opsporing en vervolging

Maatregelen waarmee nu wordt gestart:

  • Politie en OM werken aan landelijke regie en coördinatie op de tactische en operationele aanpak van zowel intelligence, opsporing als verstoren en heterdaadaanpak.
  • Oprichten landelijk expertise netwerk van OM-medewerkers op thema explosies.
  • Ontwikkelen van een landelijk handelingskader OM ten behoeve van een eenduidige aanpak en werkwijze.
  • Opstellen strafvorderingsrichtlijn voor het teweegbrengen van een ontploffing.
  • Het ontwikkelen van een handreiking waarin de mogelijkheden van het handhaven van F4-vuurwerk onder de Wet Economische Delicten en de Wet wapens en munitie op een rij worden gezet.

 

Nazorg en lokale aanpak

Maatregelen waarmee nu wordt gestart:

  • Het ontwikkelen van een landelijk handelingskader lokale aanpak en nazorg op basis van bestaande handelingskaders van gemeenten. Deze worden geïnventariseerd via het Netwerk Explosies in Gemeenten van de VNG.
  • Het uitwerken van een overzicht van bestuurlijke bevoegdheden en de mogelijke toepassingen hiervan.
  • Het ontwikkelen van een landelijk kader voor informatie-uitwisseling.
  • Het onderzoeken van de mogelijkheden van schadeverhaal op daders.
Maatregel die gefaseerd wordt opgepakt:
  • Verbreding van kennis van de mogelijkheden tot het vergoten van de “toezichtsdichtheid” door private partijen (particuliere beveiliging) ten behoeve van een grotere 'oog en oor-functie'.

Kennis en onderzoek

Maatregelen waarmee nu wordt gestart:

  • Onderzoeksresultaten delen ten behoeve van mogelijke interventies.
  • Onderzoeksagenda met een overzicht van de lopende en voorgenomen onderzoeken, waarbij is opgenomen hoe deze onderzoeken bijdragen aan (deel)producten en/of maatregelen van de aanpak.
  • Een overzicht met gewenste onderzoeken waarin een volgordelijke prioritering is aangebracht. Het betreft een overzicht van onderzoeken die nog niet op de onderzoeksagenda zijn opgenomen.

Maatregelen die gefaseerd worden opgepakt:

  • Inventarisatie van buitenlandse werkwijzen, maatregelen en interventies.
  • Inzicht verkrijgen in het fenomeen aanslagen met explosieven tegen bedrijven en bedrijfsvoertuigen.
  • Inventarisatie van lokale toepassingen van cameratoezicht en de effecten ervan.

Communicatie

Maatregelen waarmee nu wordt gestart:

  • Informeren van de samenleving over de aanpak, voortgang en resultaten van het Offensief via de deelnemers.
  • Het ontwikkelen van (een) communicatiestrategie(ën) waarin wordt ingegaan op de verschillende doelen en doelgroepen.
  • Samenwerking Meld Misdaad Anoniem: gericht op het voorkomen van aanslagen met explosieven, melden verdachte situaties gerelateerd aan explosies.
  • Samenwerking Meld Misdaad Anoniem: gericht op de opsporing van personen die betrokken zijn bij een aanslag met explosieven.
  • Het organiseren van bijeenkomsten vanuit het Netwerk Explosies in Gemeenten om trends, dilemma’s en best practices met elkaar te delen.

Maatregelen die gefaseerd worden opgepakt:

  • De samenwerking wordt gezocht met de Vertrouwenslijn Afpersing, teneinde de meldingsbereidheid onder ondernemers te vergroten.
  • Het ontwikkelen van informatie- en communicatiemateriaal (zoals een kennis-/ signalenkaart/ flyer) voor ondernemers en mogelijk specifieke beroepsgroepen, om hen te sensibiliseren en een handelingsperspectief te bieden.

Overig

Maatregelen waarmee wordt gestart:

  • Voortzetting – en waar mogelijk intensivering – van de internationale samenwerking ten einde de productie van, de handel in, het vervoer en gebruik van explosieven terug te dringen.
  • Tegengaan van de online beschikbaarheid van illegaal vuurwerk en explosief materiaal.