Het enorme formaat van het stembiljet was bij de afgelopen Tweede Kamerverkiezingen weer een negatief element op een verder positieve dag. De VNG en de NVVB hebben minister De Jonge (BZK) opnieuw dringend opgeroepen om het experiment met nieuwe, kleinere stembiljetten uit te breiden. 

Huidig stembiljet is tijdrovend

Het uitgevouwen stembiljet paste niet in het stemhokje en er was veel tijd nodig voor het weer opvouwen van het stembiljet, zodat het in de stembus paste. Bij het tellen van de stemmen nam  het weer uitvouwen van de biljetten de meeste tijd in beslag.

Laat meer gemeenten meedoen met experiment

Tijdens de Europese Parlementsverkiezingen in juni 2024 zouden niet slechts 4 kleine gemeenten maar een groter aantal gemeenten van verschillende omvang moeten experimenteren met het kleinere stembiljet. De VNG ontving, evenals de Nederlandse Vereniging van Burgerzaken  (NVVB), van een grote groep leden het signaal dat meer vaart wenselijk en mogelijk is. Een goede verdeling over grote, middelgrote en kleine gemeenten en spreiding over het land vormt de sleutel tot een succesvol experiment.

Sneller meer inzicht in gevolgen gebruik ander stembiljet

Een uitgebreider experiment biedt sneller meer inzicht in de gevolgen van het gebruik van een ander stembiljet. Bij een geslaagd experiment kan er bij de verkiezingen van 2026 en volgende jaren nog sneller worden opgeschaald. Er zou dan gelijktijdig kunnen worden geëxperimenteerd met elektronisch tellen. Met deze versnelling moet het mogelijk zijn om het nieuwe stembiljet landelijk in te voeren voor 2030. De gemeentelijke projectorganisaties Verkiezingen en alle vrijwilligers voor de stembureaus zien hier reikhalzend naar uit!

Meer informatie

Brief VNG en NVVB aan minister Hugo de Jonge (pdf, 94 kB)