Begin 2023 start een nationaal programma ter ondersteuning van de lokale warmtetransitie (NPLW). Het huidige Programma Aardgasvrije Wijken en Expertisecentrum Warmte gaan hierin op. De geleerde lessen van de afgelopen jaren, de proeftuinen en de community vormen van het fundament van de nieuwe organisatie.

Steeds meer gemeenten gaan bij het verduurzamen van de gebouwde omgeving over van planvorming naar de uitvoering. Daarbij worden wijken planmatig verduurzaamd en uiteindelijk aardgasvrij gemaakt. Gemeenten krijgen de middelen, de instrumenten én de ondersteuning die zij nodig hebben. 

Wat kunnen gemeenten verwachten van het NPLW?

Met het NPLW worden bestaande activiteiten vanuit het Programma Aardgasvrije Wijken en Expertisecentrum Warmte grotendeels voortgezet. Het NPLW ondersteunt gemeenten door kennis op te doen over wat werkt in de praktijk, kennisproducten en handreikingen te ontwikkelen en kennis en ervaring uit te wisselen in leerkringen en netwerkbijeenkomsten. Het bestaande netwerk van gemeenten en hun partners die werken aan de warmtetransitie, wordt verder uitgebouwd. Belangrijk is dat de lessen en signalen vanuit de praktijk verbonden worden met de landelijke beleidsontwikkeling en dat er nauw wordt samengewerkt. 

Met een regionale ondersteuningsstructuur wordt het voor gemeenten mogelijk om regionaal capaciteit in te zetten voor gemeente-overstijgende vraagstukken. Ook kan dit gebruikt worden om de schaarse expertise op bepaalde onderwerpen regionaal in te kopen. Ook monitort en ondersteunt het NPLW de uitvoering van de transitievisies warmte en uitvoeringsplannen door jaarlijks aan de hand van data en enquêtes de stand van zaken inzichtelijk te maken. 

Programma versnelling verduurzaming gebouwde omgeving

Het NPLW ondersteunt gemeenten bij 4 van de 5 programmalijnen uit het door minister De Jonge gepresenteerde Programma versnelling verduurzaming gebouwde omgeving. Dat beleidsprogramma is gericht op 60% CO2-reductie in 2030 en beschrijft de hoofdlijnen van het beleid voor de komende jaren. Daarbij wil de minister werken via 5 programmalijnen naar een duurzame gebouwde omgeving:

Schematische weergave van de 5 programmalijnen, meer informatie in uitgeschreven tekst

Groen: BZK is eerstverantwoordelijk, oranje: EZK is eerstverantwoordelijk

Meer informatie