Klimaatadaptatie, digitalisering, circulaire economie, schulden: gemeenten staan voor steeds grotere maatschappelijke opgaven. Zij kunnen de innovatiekracht van kennisinstellingen en bedrijven daarbij goed gebruiken. Daarom bouwt de Dutch Societal Innovation Hub aan een kennisnetwerk over dit onderwerp.

Samenwerken is een middel, geen doel

‘Ik zie gemeenten regelmatig worstelen met dingen waar bedrijven of kennisinstellingen al eerder over hebben nagedacht’, vertelt Walter van Dijk, wethouder in Zeist en lid van de commissie Informatiesamenleving van de VNG. ‘Wat als gemeenten meer gebruikmaken van de kennis van andere overheden, kennisinstellingen en de markt? Met andere woorden: wat als ze innovatief gaan samenwerken?’ Alleen dan komen we tot innovatieve oplossingen voor de grote maatschappelijke opgaven waar gemeenten voor aan de lat staan, denkt ook John van Dijk. Hij is coördinator kenniscentrum Markt en Overheid bij de VNG. ‘Innovatief samenwerken is altijd een middel, geen doel. Het is een andere manier van samenwerken tussen overheid en markt. We hebben de kennis, innovatiekracht en creativiteit van de markt nodig om de opgaven het hoofd te bieden.’

Digitale kopie

Eén van de gemeenten die al ervaring heeft met innovatief samenwerken is Rotterdam. Die stad bouwt samen met bedrijven en instellingen een Open Urban Platform, een online omgeving waar inwoners, bedrijven en (kennis)instellingen elkaar kunnen ontmoeten. Brenda van Breemen is procesmanager Innovatie bij de gemeente Rotterdam. ‘Het Open Urban Platform is onderdeel van de digitale infrastructuur; de Digital Twin. Innovatief samenwerken is randvoorwaarde voor deze vernieuwing. De kennis van onder andere (kennis)instellingen, bedrijven en Rotterdammers brengen ons verder.’ Voorbeelden van pilotprojecten die nu lopen: een inspraak-app rondom ruimtelijke inrichting, een app met 3D-beelden voor snellere vergunningverlening en een app om nieuwbouwplannen inzichtelijk te maken.

Ook in Zeist probeert Walter van Dijk als wethouder het innovatief samenwerken vorm te geven. ‘De 342 gemeenten in Nederland bieden in de kern allemaal dezelfde diensten aan – dat biedt kansen voor meer samenwerking. Voor generieke diensten geldt dat er grote kansen liggen voor meer samenwerking op landelijk niveau. En voor een middelgrote gemeente als Zeist betekent dit ook dat we steeds meer dienstverlening regionaal ontwikkelen. Zo delen we met Nieuwegein een datacentrum.’

Blauwe plekken

Om te kunnen beginnen met innovatief samenwerken is het bieden van tijd en ruimte cruciaal, aldus John van Dijk. ‘We moeten anders kijken naar risico’s. Innovatie levert altijd blauwe plekken op; je kunt niet innoveren zonder fouten te maken. En dat vinden we als overheid moeilijk. De kunst is daarom binnen gemeentelijke organisaties veiligheid te bieden om fouten te mogen maken.’ Dat gold ook voor Van Breemen: ‘Je hebt van boven in de organisatie steun nodig. Gelukkig kregen wij die. Dat vraagt om lef en vertrouwen, want anders dan in een ‘normaal’ project weet je vooraf niet waar je eindigt, je hebt enkel een visie.’

Investeren in dialoog

Vervolgens moet de overheid haar rol en opdrachtgeverschap anders vormgeven, denkt John van Dijk. Om innovatief samenwerken te laten slagen, moeten beide partijen investeren in kennis óver elkaar. ‘De markt is anders dan de publieke sector’, zegt Van Dijk. ‘Er spelen andere belangen, drijfveren en risico’s. Die moet je kennen én erkennen. Investeer in de dialoog met elkaar. Let wel, een bestek is geen dialoog, dat is eisen stellen.’ Daarnaast moeten alle partijen realistisch blijven, onderstreept Van Breemen. ‘We zijn zo getraind om vooraf zekerheid over de uitkomst te willen hebben – dat kan niet bij innovatie. Het is nooit enkel goed of fout, het is een ontdekkingsreis. Ontspan, omarm de onzekerheid en vraag je bij elke stap af: gaan we door of niet?’

Win-win

De mensen die aan de slag gaan met innovatief samenwerken moeten volgens Van Breemen wel een lange adem hebben. ‘Toen we net begonnen kregen we collega’s niet direct mee. Het was te vaag. Hoe langer we bezig waren, hoe scherper onze visie werd, hoe meer mensen enthousiast werden.’ Ook Walter van Dijk merkt dat innovatief samenwerken niet altijd vanzelf gaat. ‘Meer samenwerking leidt soms tot minder ruimte voor lokale autonomie. De behoefte aan lokale autonomie is heel sterk, maar die situatie is niet houdbaar. De benodigde competenties zijn schaars en de arbeidsmarkt is krap. Als gemeenten meer samenwerken op het vlak van inkoop en contractmanagement, dan kun je een vuist maken tegen de markt, waardoor ze weer rekening houden met de lokale voorkeuren. Win-win.’

Kennis uitwisselen

Dutch Societal Innovation Hub (DSIH) ondersteunt bij innovatief samenwerken. Het doel van de DSIH is om de innovatie-infrastructuur van gemeenten en provincies te versterken. Bijvoorbeeld door kennisuitwisseling. John van Dijk: ‘We willen een netwerk creëren van overheden en marktpartijen die al ervaring hebben met innovatief samenwerken. En onderling zowel de successen als de mislukkingen delen - daar leer je immers ook van. De sessie tijdens het VNG Uitvoeringscongres is hier een onderdeel van.’ Deze kennissessie verzorgd door DSIH heeft als titel ‘Innovatief samenwerken: wie durft?’ en gaat over lef, vertrouwen en het omarmen van onzekerheid.

Volg de DSIH

Nieuwsgierig geworden wat innovatief samenwerken voor uw gemeente of organisatie kan betekenen? Volg de Dutch Societal Innovation Hub op LinkedIn. Wilt u meer weten over Innovatief samenwerken? Kijk dan het webinar: Innovatief samenwerken met John van Dijk (VNG), Roland van der Heijden (Gemeente Rotterdam) en Martin van den Berg (gemeente Amsterdam) terug op YouTube.