Onlangs is het rapport van de Directie Internationaal Onderzoek en Beleidsevaluatie (IOB) over de positie van Nederland in de Europese besluitvorming naar buiten gebracht. De VNG heeft in een memo naar de Kamer aandacht gevraagd voor dit rapport. Begin februari kwam het kabinet met een reactie.

Het rapport draagt de naam: 'Tactisch en praktisch. Naar een toekomstbestendige coördinatie van het Nederlandse Europabeleid’. De IOB doet aanbevelingen voor verbeteringen om de positie van Nederland in het Europese besluitvormingsproces te versterken. We hebben aangegeven dat gemeenten graag hun kennis en netwerken aanbieden. 

Gemeenten voeren EU-beleid uit

Gemeenten hebben steeds vaker te maken met de uitvoering, naleving en beleidsvorming van EU-beleid. Door decentralisaties hebben gemeenten veel kennis over inhoudelijke onderwerpen en de uitvoeringspraktijk. Betrokkenheid van gemeenten kan dus uitvoeringsproblemen voorkomen. Alleen, zoals het IOB-rapport beschrijft, wordt de betrokkenheid van gemeenten nu beperkt tot 1 moment in het proces van standpuntbepaling, de BNC-procedure. We ondersteunen de aanbeveling van de IOB om vaker (bestuurlijk) overleg te voeren met medeoverheden en uitvoeringsorganisaties. 

Netwerken van gemeenten

Verder constateert de IOB dat EU-werkzaamheden bij het rijk worden uitgevoerd door een relatief kleine groep ambtenaren. Veel gemeenten hebben hun eigen vertegenwoordiging in Brussel en zijn lid van pan-Europese koepelorganisaties. Ook participeren 12 gemeentebestuurders als lid van de Nederlandse delegatie in het Comité van de Regio’s. Als gemeenten hun opgehaalde kennis uit deze netwerken delen met het rijk, kan het rijk haar inzet versterken. 

Reactie van het kabinet 

Het kabinet stelt dat de IOB-evaluatie op een goed moment komt. Op terreinen waar vroeger nauwelijks Europees beleid werd gemaakt, worden steeds vaker voorstellen gedaan. Vrijwel alle departementen houden zich tegenwoordig intensief bezig met de EU. Het kabinet deelt de hoofdconclusie van het IOB, dat als Nederland een meer prominente en proactieve rol wil spelen binnen Europese besluitvorming, meer kennis nodig is. Het kabinet benoemt het belang om gesprekken aan te gaan, informatie te vergaren en te peilen hoe anderen naar problemen en uitdagingen kijken. 

Nieuwe Europawet

Het kabinet wil zich met een Europawet inspannen om besluitvorming in de EU transparanter te maken voor burgers en nationale parlementen, en om de resultaten en toegevoegde waarde van EU-beleid zichtbaarder te maken. Gemeenten dragen daar graag aan bij. Een goed afsprakenkader hiervoor kan in de nieuwe Europawet worden vastgelegd.

Meer informatie