Het ministerie van BZK krijgt signalen dat vergoedingen en voorzieningen voor politieke ambtsdragers regelmatig onderwerp van debat zijn in gemeenteraden. Het ministerie laat weten dat alleen het college van B en W de bevoegdheid heeft om deze toe te kennen of te ontzeggen.
De rechtspositionele vergoeding of voorziening van een burgemeester of wethouder, maar soms ook van een individueel raadslid staan steeds vaker ter discussie. Bijvoorbeeld bij de aanschaf van preventieve beveiligingsmaatregelen of bij voorzieningen die nodig zijn voor ambtsdragers met een structurele functionele beperking.
Verantwoordelijkheid uitvoering rechtspositiebesluit
Er zijn gemeenteraden die zich beroepen op het begrotingsrecht en de informatieplicht van het college om de voorzieningen of vergoedingen van individuele ambtsdragers te agenderen voor bespreking of zelfs vaststelling in de raad. Dit is niet juist.
De rechtspositie van decentrale politieke ambtsdragers is gebaseerd op de Gemeentewet, het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers en de Regeling rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers. De uitvoering van het rechtspositiebesluit ligt bij het dagelijks bestuur. Zij zijn verantwoordelijk voor de uitbetaling van vergoedingen en voorzieningen aan politieke ambtsdragers binnen de wettelijke kaders. De gemeenteraad heeft hierin geen beslissingsbevoegdheid.