Even de weg kwijt zijn, letterlijk of figuurlijk. Bijvoorbeeld door dementie, verslaving, een verstandelijke beperking of een psychische kwetsbaarheid. Of gewoon omdat je even geen woorden meer hebt. Om in dit soort gevallen snel hulp of zorg te kunnen bieden, is er de Hulpkaart.

- Artikel voor de VNG-nieuwsbrief Zorg + Veiligheid van juli 2021 -

Gebiedsteams in Waadhoeke, Tytsjerksteradiel en Achtkarspelen

De Friese gemeenten Waadhoeke, Tytsjerksteradiel en Achtkarspelen hebben het maken van een Hulpkaart ingebed in de werkprocessen in de 0e en 1ste lijn. Met een subsidie van ZonMW is een project uitgevoerd door deze gemeenten, MEE Friesland, de GGD Fryslan en Stichting Stjoer (die zich richt op mensen met een sociale of psychische kwetsbaarheid).

Ook is een publiekscampagne opgezet (die helder maakt wat een Hulpkaart is). Medewerkers van gebiedsteams, GGD en Stichting  Aanzet (waaronder ervaringsdeskundigen) zijn opgeleid tot Hulpkaartcoach.

voorkant van de hulpkaart

Ieder gebiedsteam heeft nu een ambassadeur die aanspreekpunt is voor zijn of haar team. We spraken met Ype Hof, ambassadeur vanuit het gebiedsteam van Waadhoeke. “Ik ben enthousiast over de Hulpkaart. Die kan echt veel betekenen om de zelfredzaamheid te vergroten van mensen met blijvende aandoeningen. Het gaat om de vraag wat hen helpt als het even minder gaat. Als je dat weet te verwoorden op een hulpkaart, geeft dat mensen vertrouwen, voelen ze zich veiliger en kunnen ze zelfstandiger functioneren”.

Hij geeft een voorbeeld: “Mensen met een niet-aangeboren hersen afwijking kunnen bij stress dichtklappen en moeilijker uit hun woorden komen. Ze gaan situaties mijden omdat ze bang zijn dat ze in paniek raken. Mensen die afhankelijk zijn van een rolstoel hebben soms angst om op pad te gaan. In al deze situaties kan een hulpkaart helpen om het zelfvertrouwen terug te winnen”.

Ype ziet vanuit zijn ervaring als professional in de GGZ en in het sociale domein dat mensen met een bepaalde kwetsbaarheid soms te snel een indicatie krijgen. Hij ziet dat er daardoor soms weinig verbetert in hun situatie. “Medicalisering helpt mensen niet om meer zelfstandig te zijn. Vaak is het beter uit te gaan van de vraag: “Wat heeft iemand nodig om zelfstandig te zijn? Moet een professional daarbij wel helpen of kan dat ook met een goede bekende of een naaste dat? Wat zijn de hulpbronnen die iemand al heeft? Als je vanuit die visie werkt, kan je met kleine middelen soms echte stappen maken naar zelfstandigheid. Een hulpkaart kan daarbij meerwaarde hebben, mits het past bij de cliënt. Het moet natuurlijk altijd vrijwillig zijn”.

Hulpkaartcoach denkt mee

Belangrijk is dat de cliënt echt zelf de kaart maakt, waarbij de meesten het prettig vinden dat iemand met hen meedenkt. Dat is de rol van hulpkaartcoach. Die rol is ook belangrijk omdat het invullen van de kaart soms veel teweeg brengt bij de clënt. “Neem daarom de tijd, als cliënt en als hulpkaart-coach” is het advies van Ype. Een voordeel daarvan is dat vaak pas na verloop van tijd de echte vraag van de cliënt bovenkomt. Op die manier kan een casemanager zijn cliënt echt leren kennen. Een punt waar de hulpkaartcoach ook bij kan helpen is wat je wel en niet op de kaart zet. “Sommige mensen willen hun hele hebben en houden erop zetten. Dat is in verband met privacy ook niet de bedoeling.”

In de gemeente Waadhoeke is Ype als ambassadeur van de Hulpkaart eerst met cliënten uit zijn eigen caseload aan de slag gegaan waar dat paste. Daarna heeft het een vervolg gekregen bij zijn collega’s. Net als voor het maken van een hulpkaart is ook voor het inbedden van de hulpkaart een lange adem nodig. Binnen de gemeente doet Ype dat door de hulpkaart periodiek op de agenda van werkbesprekingen van het gebiedsteam te zetten. Wat zijn de ervaringen? Hoe gaan we verder?

In de toekomst ziet Ype dat de hulpkaart ook goed kan worden aangeboden door zorgaanbieders. Vanuit zijn visie zou een gemeente de vraag: ‘hoe maak jij jezelf als zorgaanbieder weer overbodig” standaard moeten meenemen in de gesprekken met aanbieders. “In dat proces, waarbij je als zorgaanbieder iemand begeleidt op weg naar meer zelfredzaamheid, kan de hulpkaart  een mooie plek krijgen”, aldus Ype.

Borne wil iedereen van de Hulpkaart laten profiteren

In Borne is de hulpkaart omarmd door het Zelfregieteam. Eén van hun belangrijkste activiteiten is het  inloophuis voor naasten in Borne. Dat is een informele, laagdrempelige ontmoetingsplek voor iedereen met een vraag naar ondersteuning, maar vooral voor naasten van kwetsbare personen. Het inloophuis wordt gerund door ervaringsdeskundigen. Zij bieden een luisterend oor en geven indien gewenst advies.

Ben van der Weide van het Zelfregieteam heeft een eigen visie op de hulpkaart. “Het gaat om mensen die in kwetsbare situaties terecht komen. Dat kan iedereen overkomen en eigenlijk zou dus iedereen een hulpkaart op zak moeten hebben”.

Het Zelfregieteam werkt bij de introductie van de Hulpkaart samen met hulpkaartcoaches van WOPiT (Stichting Wonen en Psychiatrie in Twente) en Carintreggeland. In een interview met BorneBoeit.nl zegt Bernadette Nijhuis van Carint: “Veel situaties waren anders gelopen als iemand een Hulpkaart op zak had gehad. Bijvoorbeeld een meneer die met zijn scootmobiel in de sloot terecht was gekomen en door een beperking en de stress niet kon praten. Het was voor omstanders een hele klus om te achterhalen wie ze konden bellen.”

Voor omstanders en professionals kan een hulpkaart dus helpen: zij weten beter wat ze moeten doen (of niet moeten doen) en wie ze kunnen bellen. Voor de drager van de Hulpkaart betekent het dat hij of zij meer zekerheid en vertrouwen krijgt en daardoor gemakkelijker mee kan doen. En dat is voor iedereen belangrijk, zo vinden ze in Borne.