Volledige vraag
Indien de gemeente in het jaar 2013 een verzwegen samenwoning constateert in de eigen gemeente dan dient de ten onrechte verstrekte bijstandsuitkering te worden teruggevorderd en kan/moet een boete worden opgelegd ter hoogte van de bijstandsvordering.

Moet/kan de boete ook worden opgelegd aan de verzwegen partner omdat de bijstandsvordering i.v.m. hoofdelijke aansprakelijkheid wel van de verzwegen partner kan worden teruggevorderd?

Antwoord          
De inlichtingenplicht op grond van de WWB (nu Participatiewet - PW) geldt vanaf het moment dat iemand zich heeft gemeld voor een uitkering. En de verzwegen partner heeft zich nooit gemeld, hij is juist in het geheel niet bekend bij de gemeente. De inlichtingenplicht van artikel 17, eerste lid WWB (thans PW) is daarom niet op hem of haar van toepassing. Om die reden kan er geen bestuursrechtelijke boete opgelegd worden wegens schending van die inlichtingenplicht. De te veel of ten onrechte betaalde uitkering kan wel worden teruggevorderd, nu dit specifiek is geregeld in artikel 59, tweede lid WWB (PW).

Dit is anders als er aangifte wordt gedaan en de fraude via het strafrecht wordt afgehandeld. Op grond van het strafrecht kan de meeprofiterende - verzwegen -partner wel worden bestraft.

Er is wel sprake van een medepleger als een echtpaar een uitkering aanvraagt en beide partners verzwijgen de inkomsten van één van de partners. In dat geval hebben beiden de inlichtingenplicht geschonden en is de boete voor hun beide.