De vraag doet zich vaker voor of ambtenaren die in dienst zijn bij een gemeenschappelijke regeling raadslid kunnen worden in een van de in die gemeenschappelijke regeling deelnemende gemeenten. Deze raadsleden controleren immers hun gemeentelijke bestuurders. In de organen van de gemeenschappelijke regeling komen zij de bestuurders tegen in de hoedanigheid van hun bestuurlijke chef. 

Het is voor een raadslid mogelijk om werkzaam te zijn bij een gemeenschappelijke regeling zolang hij geen werkzaamheden verricht ten behoeve van de gemeente waar hij raadslid is of onder de directe verantwoordelijkheid van een lid van het bestuur van de gemeente waar hij raadslid is. Voor zover hiervan toch sprake is, vervult een raadslid een met het raadslidmaatschap onverenigbare functie en houdt hij op grond van artikel X 1 Kieswet van rechtswege op lid van de raad te zijn.

Met de invoering van de Wet bevorderen integriteit en functioneren decentraal bestuur is  nadrukkelijk geen absoluut verbod beoogd voor een raadslid om werkzaamheden uit te oefenen voor een samenwerkingsverband. Het blijft mogelijk werkzaam te zijn voor een samenwerkingsverband waaraan het gemeentebestuur deelneemt, en ook raadslid te zijn in een deelnemende gemeente, zolang de werkzaamheden maar niet specifiek worden uitgeoefend ten behoeve van bestuurders van de gemeente waar iemand ook raadslid is. Dit hangt af van de precieze functie en het exacte takenpakket bij de gemeenschappelijke regeling.