Betalingen door de overheid gebeuren in beginsel door storting op een bankrekening die de schuldeiser daartoe heeft aangewezen, en alleen bij uitzondering contant (4:89, lid 1 Awb). In de Verordening op de ambtelijke ondersteuning van uw gemeente is o.g.v. art 33, derde lid Gemeentewet een regeling opgenomen hoe de fracties verantwoording moeten afleggen aan de raad en dat daarvoor een administratie moet worden bijgehouden (zie art 13 en 14 van onze modelverordening uit 2018). Het is daarom het meest praktisch dat de fracties een bankrekening openen op naam van de fractie en die te gebruiken voor de fractievergoeding. Anders zou de privérekening van bijvoorbeeld een lid van de fractie gebruikt moeten worden. Dat maakt het lastig om een goed overzicht bij te houden van de uitgaven en de inkomsten. Ook kan er dan uiteraard een probleem ontstaan als deze rekeninghouder uit de fractie en/of de raad vertrekt. Het is echter niet verboden om het op deze manier te regelen.