De VNG heeft grote zorgen over de opvangcapaciteit tussen 1 april 2023 en het moment dat de Spreidingswet locaties gaat opleveren. Dit vanwege de benodigde ophoging van het aantal opvangplekken op 1 januari en omdat de Spreidingswet nog niet in uitvoering is.

Vandaag hebben gemeenten de kabinetsbrief, die aan de Provinciale Regietafels is verzonden, ontvangen. De brief gaat over de gewijzigde opvangopgave met als bijlage het transitieplan crisisnoodopvang. Al in de consultatiereactie over de Spreidingswet gaf de VNG aan dat in het wetsvoorstel geen aanvullende acties zijn opgenomen om zo snel mogelijk extra asiel-opvangplekken te realiseren. De zorgen heeft de VNG wederom geuit tijdens de bespreking van het Transitieplan Crisisnoodopvang (Transitieplan) in de LRT.

Forse toename opvangplekken

Het enige dat het Transitieplan aangeeft is dat er vanaf 1 april 2023 geen crisisnoodopvang onder coördinatie en verantwoordelijkheid van de veiligheidsregio´s meer is. Daarbovenop is de opvangcapaciteit het afgelopen jaar al fors toegenomen en is deze  per 1 januari 2023 opnieuw verhoogd naar 61.200 met een verdere verhoging naar 75.500 per 1 januari 2024. De VNG voorziet voor 2023 maar zeer beperkte impact van de Spreidingswet op het tot stand komen van het aantal beschikbare asiel-opvangplekken.

Meer nodig dan Spreidingswet

De VNG herhaalt de boodschap dat om op de korte termijn uit de asielcrisis te komen, meer maatregelen nodig zijn dan alleen voorliggende Spreidingswet en het Transitieplan. Onder andere door het stimuleren van een samenhangend pakket op het gebied van opvang en huisvesting: langer openhouden locaties crisisnoodopvang, (kleinschalige) opvanglocaties, tijdelijke opvanglocaties, flexwoningen, collectieve voorzieningen, tussenvoorzieningen, transformatie, estafettewoningen en integratiemaatregelen.