Hoe zorg je ervoor dat gegevensuitwisseling tussen verschillende domeinen niet ten koste gaat van de privacy van individuen? Het nID Stelsel, dat VNG Realisatie met partners ontwikkelde, maakt de veilige uitwisseling van data tussen ketens mogelijk. 

Het stelsel wordt nu onder meer verder uitgewerkt in het zorgdomein. Vanuit een zogeheten innovatiespoor heeft VNG Realisatie de afgelopen jaren intensief samengewerkt met het Inlichtingenbureau, VECOZO, Zorginstituut Nederland en het Ministerie SZW aan een referentiearchitectuur voor gegevensuitwisselingen tussen verschillende domeinen zoals zorg, werk & inkomen en onderwijs. Doel van die samenwerking was om een oplossing te vinden voor bestaande problemen in de ketens van gegevensuitwisseling.

Dit initiatief - het idee ontstond al in 2016 naar aanleiding van een concrete behoefte van een aantal organisaties uit het KING-netwerk - is onder de projectnaam ‘nID Stelsel’ uitgevoerd als innovatie, passend in het ontwikkelproces van VNG Realisatie. Het bestaat uit een framework voor gegevensuitwisselingen, een verzameling van technische componenten, gebaseerd op open source. Door middel van dit framework kunnen de partijen, die zijn aangesloten op het stelsel, onderling de identificatie, authenticatie, autorisatie, toegang, data-protectie en beveiliging bij gegevensdeling en -ontsluiting regelen. Ook biedt een wallet-functie burgers de mogelijkheid op meer regie op de eigen gegevens in die ketens.

Gegevensuitwisseling

Uit succesvolle praktijkproeven de afgelopen maanden in domeinen als de langdurige zorg en werk & inkomen zijn de nodige inzichten opgedaan over welke problematiek er speelt bij  gegevensuitwisselingen in grote en complexe ketens. “Met de referentiearchitectuur is een voorbeeld implementatie ontstaan van een oplossingsrichting die hierin kan voorzien”, legt Cristian Gonzalez uit, tot voor kort betrokken als projectleider namens VNG Realisatie.

Na deze fase van innovatie zijn de partners verder gaan kijken naar de volgende stap: het in gebruik nemen van deze oplossingsrichting bij betrokken partijen in de genoemde ketens. “Hierbij bleek dat het primaat van mogelijke implementaties en het verder ontdekken en door ontwikkelen van functionele componenten niet bij de VNG ligt, maar bij de uitvoerende ketenpartners in die domeinen”, vertelt Gonzalez.

“Nu het moment van productie nadert willen betrokken partijen zekerheid over de mogelijkheden om de componenten in beheer te kunnen nemen en zelfstandig door te kunnen ontwikkelen. Vanuit de VNG hebben we deze innovatie gestart om een mogelijke oplossing voor het uitwisselen van gegevens in deze ketens zichtbaar te maken: dat is gelukt. Aangezien de VNG geen ontwikkelaar, leverancier of implementatiepartner is van software is het dus tijd om de innovatiefase af te sluiten. Het is nu aan de betrokken ketenpartners om de volgende stappen te zetten en daarvoor geven wij de resultaten graag vrij voor hergebruik.”

Daarom is in overleg met de betrokken partijen gekozen om dit te doen door het vrijgeven van het intellectueel eigendom en de ontwikkelde code in de vorm van een Open Source model (Europese Unie, EUPL v1.2) zodat elke geïnteresseerde partij de code kan oppakken, gebruiken en verbeteringen toe kan voegen. Het Inlichtingenbureau, VECOZO, Zorginstituut Nederland zijn de eerste partijen die aan de bijbehorende community deel gaan nemen.

Meer informatie