Na een lang traject is een landelijk tarief voor gecertificeerde instellingen (GI’s) in de jeugdbeschermingsketen sinds vandaag een feit. Met dit akkoord neemt de werkdruk voor medewerkers in de jeugdbescherming en -reclassering af. 

De VNG pleit al langere tijd voor een landelijk tarief voor de GI’s. We vinden het bereikte akkoord met het rijk daarom een belangrijke mijlpaal. Met dit akkoord neemt de werkdruk voor jeugdbeschermers en jeugdreclasseringsmedewerkers af. Zo ontstaat weer voldoende tijd en ruimte om de meest kwetsbare kinderen goed te beschermen en gezinnen te helpen.

Stimuleringsregeling zij-instromers uitgebreid

Ter ondersteuning van de invoering is besloten de al bestaande stimuleringsregeling ‘zij-instromers’ van het rijk (€ 5 miljoen per jaar in 2023 en 2024) uit te breiden voor zowel 2024 als 2025 met een extra € 5 miljoen per jaar. Het werven van deze ‘zij-instromers’ is noodzakelijk om in 2025 voldoende jeugdbeschermers beschikbaar te hebben. 

Het rijk en gemeenten dragen beiden structureel bij

Het verschil tussen de huidige tarieven en het nieuwe tarief bedraagt € 60 miljoen. Het rijk draagt vanaf 2024 structureel € 30 miljoen per jaar hieraan bij. De gemeenten dragen vanaf 2024 € 25 miljoen structureel bij en met ingang van 2025 wordt dit bedrag verhoogd naar € 30 miljoen structureel. 

Tarief omhoog door ruimte in budgetten

Gemeenten dekken hun bijdrage door het budget dat zij in 2022 hebben uitgegeven aan jeugdbescherming en jeugdreclassering voor dit doel beschikbaar te houden. Doordat het aantal cliënten in de jeugdbescherming tussen 2022 en 2023 is gedaald, ontstaat bij gelijkblijvende budgetten ruimte om het tarief te verhogen. 

Aantal cliënten nauwgezet monitoren

De verwachting is dat het aantal cliënten in de jeugdbescherming in de tweede helft van 2023 verder zal dalen en dit biedt ruimte om het bedrag van € 25 naar € 30 miljoen te verhogen. Deze verhoging van € 5 miljoen wordt alleen doorgevoerd als de daling van de cliëntenaantallen in de tweede helft van 2023 daarvoor daadwerkelijk de ruimte biedt. Het rijk en gemeenten hebben daarom afspraken gemaakt om de ontwikkeling van het aantal cliënten nauwgezet te monitoren.

Meer informatie