BZK-minister Hanke Bruins Slot voelt er niets voor om wettelijk vast te leggen dat kinderen en jongeren moeten worden betrokken bij beleids- en besluitvorming. Dat laat zij aan gemeenten over.

Kinderombudsman Margrite Kalverboer had eerder dit jaar kritisch gereageerd op het wetsvoorstel van de minister om de participatie op decentraal niveau te versterken. Zij vond dat kinderen en jongeren als groep expliciet in de wet moeten worden genoemd, omdat hun participatie anders afhankelijkheid wordt lokale kennis, beleidskeuzes en professionals. Dat leidt volgens haar tot een risico op rechtsongelijkheid en onduidelijkheid.

Hoewel Bruins Slot het ook ‘belangrijk’ vindt dat kinderen en jongeren worden betrokken bij beleid dat hen aangaat – zoals dat ook is verwoord in het Kinderrechtenverdrag – wil ze het aan gemeenten overlaten om dit in hun verordening te regelen. Ze zegt wel toe dat ze, ‘als de gelegenheid zich voordoet’, in de Tweede Kamer zal benadrukken dat voor participatie van kinderen en jongeren extra aandacht nodig is.

Redactie VNG Magazine