De cao-onderhandelingen hebben op vrijdag 14 februari niet tot een resultaat geleid. De VNG en WSGO hebben hun loonbod verhoogd naar totaal 6,1% voor 2 jaar plus nog een eenmalige uitkering. Vakbonden vonden het bod 'onvoldoende', maar konden dat niet concreet maken.
Lees het nieuwe bod van de VNG en WSGO van 14 februari (pdf, 153 kB)
Compleet pakket verbetervoorstellen
Het bod maakt opnieuw onderdeel uit van een compleet pakket aan verbeterde voorstellen, waaronder het aflossen van studieschuld in het IKB voor de pechgeneratie en afspraken voor de Regeling voor Vervroegde Uittreding (RVU).
Rachel Streefland (voorzitter werkgeversdelegatie en wethouder Utrecht): 'Het is een uitermate serieus loonbod waarmee we zekerheid geven aan onze mensen in zeer onzekere financiële tijden voor de gemeenten. Het nieuwe loonbod en de verbeterde voorstellen bieden werkgevers een goed en nog completer pakket met afspraken. We vinden het onbegrijpelijk dat de vakbonden dit niet op waarde weten te schatten en geen perspectief bieden'.
Het bod van 14 februari
Het stevige nieuwe bod bevat onder andere een hoger loon, een minimum uursalaris in de cao van € 16 per uur en afspraken rondom rouw en mantelzorg. Daarmee hebben werkgevers opnieuw stappen gezet richting de bonden. Het eerdere bod van werkgevers van 24 januari jl. was al heel volledig en bevatte al afspraken over studieschuld, RVU en toelagen.
Teleurgesteld
De VNG en WSGO zijn enorm teleurgesteld en hebben aangegeven dat nu de bonden dit uitermate serieuze loonbod en mooie totaalpakket voor twee jaar afwijzen, het alleen maar slechter uit kan pakken voor medewerkers omdat het financieel ravijn evident is en dichterbij komt. Werkgevers hebben aangegeven dat de grenzen van het haalbare zijn bereikt.