Datum

Soort

Wet- en regelgeving

De Bijstandsbode publiceert elke maand interessante uitspraken van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) op het gebied van bijstand en aanverwante wet- en regelgeving. Dit zijn de uitspraken uit juni 2018.

Huurprijsperikelen

In de eerste uitspraak is het oordeel dat het aan de belanghebbende is om aannemelijk te maken dat hij voor zijn kamer een commerciële prijs betaalt. Dat betekent dat de door hem betaalde huur in het economisch verkeer gebruikelijk moet zijn en in verhouding moet staan tot de geleverde dienst. Belanghebbende is daarin niet geslaagd. De Raad oordeelt dat de huurprijs niet is afgestemd op de feitelijk geleverde prestaties, maar in feite een gelijke verdeling is van de totale huur van het pand over de afzonderlijke bewoners.

Stofferingskosten, bijzondere omstandigheden

Het dagelijks bestuur heeft geweigerd bijzondere bijstand te verstrekken voor stofferingskosten, omdat belanghebbende voor deze kosten had kunnen reserveren of had kunnen verhuizen naar een gestoffeerde woning. De aanvraag is ten onrechte afgewezen, want het is aannemelijk dat belanghebbende de noodzakelijke stofferingskosten niet uit eigen middelen heeft kunnen voldoen. Daarom is sprake van uit bijzondere omstandigheden voortvloeiende kosten.

Opzet

Het college heeft een bestuurlijke boete van €2.250 opgelegd voor het opzettelijk schenden van de inlichtingenplicht. In geschil is de mate van verwijtbaarheid van de schending van de inlichtingenplicht in de periode augustus-december 2014. De Raad concludeert dat belanghebbende willens en wetens zijn inlichtingenplicht heeft geschonden. De boete is terecht afgestemd op de aanwezigheid van opzet.

Niet-rechtmatige partner, ALO-kop, afstemming

Het college heeft belanghebbende tijdelijk – tot 1 maart 2016 – compensatie geboden voor het niet-ontvangen van de alleenstaande ouderkop (ALO-kop) op het kindgebonden budget. In geschil is of het college deze compensatie moet voortzetten. Naar het oordeel van de CRvB had de bijstand in beginsel per 1 maart 2016 met toepassing van artikel 18 lid 1 Participatiewet moeten verhogen.

Risicoprofiel, geen discriminatie

Het college heeft een steekproef gehouden onder personen die voldoen aan het volgende risicoprofiel: 1) geboren buiten Nederland, 2) sinds 2010 één of meerdere keren langer dan 28 dagen op vakantie geweest in het buitenland, en 3) ontvanger van een lopende uitkering. De Raad oordeelt dat dit risicoprofiel niet in strijd is met het verbod op discriminatie. Het maken van onderscheid naar geboorteland (in of buiten Nederland) is weliswaar 'verdacht', maar er zijn in dit geval zwaarwegende redenen die dit onderscheid rechtvaardigen. Het college in deze zaak heeft terecht gevraagd om informatie over het buitenlands vermogen van belanghebbenden. Nu zij de gevraagde gegevens niet binnen de daarvoor gestelde (herstel)termijn hebben ingeleverd, is de bijstand terecht ingetrokken.

Nabetaling Wajong, geen schending inlichtingenplicht

Het college heeft de bijstandsuitkering herzien en deels teruggevorderd wegens schending van de inlichtingenplicht. Belanghebbende heeft niet gemeld dat haar inwonende zoon een nabetaling op zijn Wajong-uitkering heeft ontvangen. Volgens de CRvB is geen sprake van schending van de inlichtingenplicht en terugvordering op grond van artikel 58 lid 1 Participatiewet is dus niet aan de orde.

College niet bevoegd tot ontheffing arbeidsplicht, geen dringende redenen

Het college heeft na een heronderzoek besloten de bijstand van belanghebbende ongewijzigd voort te zetten. Het college heeft in dit besluit opgenomen dat de aan de uitkering verbonden verplichtingen, waaronder de arbeidsplicht, ongewijzigd van toepassing blijven. De zorgtaken die belanghebbende verricht, mogen niet in de weg staan aan het verrichten van arbeid en vormen daarom geen dringende reden om tijdelijke ontheffing te verlenen en het college was daarom niet bevoegd belanghebbende van haar arbeidsplicht te ontheffen.

Tekortschietend besef

Het dagelijks bestuur heeft bijzondere bijstand toegekend in de vorm van een geldlening voor de aflossing van een huurschuld. De bijstandsverlening is namelijk het gevolg van een tekortschietend besef van verantwoordelijkheid voor de voorziening in het bestaan. De bijzondere bijstand is volgens de Raad terecht verstrekt als lening.

Lees de uitgebreidere samenvattingen van de genoemde cases in de Bijstandsbode van juni 2018.