1. Algemene informatie
-
Het nog op te richten Risicobeheerfonds gaat samen met gemeenten verzekeringspremies verlagen en de veiligheid van gemeenten verhogen door integraal risicomanagement. Deze integrale aanpak sluit aan bij het streven van de VNG om door samenwerking, kennisdeling en kostenbesparing gemeenten te versterken. Voor de gebouwenverzekering levert dit een gezamenlijke indicatieve besparing op van € 75 miljoen als alle gemeenten meedoen.
-
Het Risicobeheerfonds wordt voor de helft eigendom van de deelnemende gemeenten en voor de helft eigendom van de VNG. Het Risicobeheerfonds bestaat uit 3 onderdelen:
Risicolabels
Risicolabels geven per risicothema, bijvoorbeeld gebouwen, inzicht in het risiconiveau (E, D, C, B, A). Met het risicolabel van alle gebouwen van gemeenten en een landelijke Risicoscorekaart krijgen gemeenten inzicht in de veiligheid c.q. risico’s van alle gemeentelijke gebouwen. Het Risicobeheerfonds zal starten met het risicothema Gebouwen en later ook andere risicothema’s toevoegen, zoals dataveiligheid en digitale infrastructuur.
Risicoadvies
Risicoadviseurs adviseren hoe gebouwen of andere risicothema’s een gunstiger risicolabel kunnen krijgen door doelmatige risicobeperkende maatregelen. Een gunstiger label levert een beter risicoprofiel en een lagere verzekeringspremie op. De adviseurs zijn onderdeel van een landelijk kennisnetwerk.
Verzekeren
De schadeverzekeringen van het Risicobeheerfonds verminderen de financiële gevolgen bij calamiteiten. Voor alle gemeenten gelden gelijke premiepromillages voor gelijke risicolabels binnen een risicothema. Alle gemeenten betalen een gelijk eigen risico van € 2 per inwoner per risico-object (bijvoorbeeld gebouw) en per gebeurtenis, bijvoorbeeld brand. Het eigen risico is voor elke gemeente maximaal € 8 per inwoner per jaar. Premies wijken alleen af door de verschillende verzekerde waarden van alle gemeentelijke gebouwen.
-
Het Risicobeheerfonds gaat de schadeafhandeling van gemeentelijke gebouwen op zich nemen. Gemeentelijke gebouwen hebben bewezen een lagere schadelast te hebben dan andere gebouwen zoals loodsen, winkels, etc. Door deze lagere schadelast kunnen de premies omlaag. Bovendien werkt het Risicobeheerfonds met lagere kosten, wordt er geen provisie betaald en liggen de rendementseisen lager. Daarnaast is het niet meer nodig de gemeentelijke verzekeringsportefeuille aan te besteden wanneer alle bestaande verzekeringen verzekerd kunnen worden in het VNG Risicobeheerfonds NV. De collectieve aanpak van het Risicobeheerfonds gaat gemeenten ontzorgen in verzekeringsvraagstukken door alle schadeafhandeling op zich te nemen.
-
Gemeenten kunnen schades gaan melden via het digitale portaal van het Risicobeheerfonds, waartoe iedere deelnemende gemeente toegang krijgt. In dit portaal krijgen gemeenten ook toegang tot alle risicobeheerdata (waaronder schadedata) van hun gebouwen en kunnen ze vergelijkingen maken met gebouwen in andere gemeenten. Eigen risico’s worden verrekend met de gemeente.
-
Met de komst van het Risicobeheerfonds kunnen we in de toekomst ook risicothema’s dekken die nu in de markt lastig te verzekeren zijn, zoals schadeherstel na een cybercrime-aanval.
-
Er is niet eerder op deze manier naar de situatie gekeken. Door een landelijke dataset te gebruiken, zijn er andere inzichten ontstaan dan wanneer individuele gemeenten de schadeanalyse voor gebouwen uitvoeren.
-
Voor het vaststellen van het risicolabel wordt de historische schadelast als uitgangspunt genomen. Hierbij worden risicokenmerken, zoals objectinformatie en buurtinformatie (locatie), gekoppeld aan de schadelast. Met de datavoorziening van gemeenten en het delen van nieuwe gegevens over schadeontwikkelingen, kunnen we monitoren of de modellen accurate voorspellingen blijven geven. Op deze manier houden we in de gaten of aanpassingen aan de modellen nodig zijn. Zo houden we de risicoprofielen van objecten up-to-date.
-
Het Risicobeheerfonds stelt het risicolabel vast. Hierbij kan het fonds enerzijds vertrouwen op een risicoprofileringsmodel en anderzijds op een eigen actuariaat dat de kwaliteit van de modellen waarborgt. Voor de huidige ontwikkeling van de risicoprofileringsmodellen wordt samengewerkt met een actuarieel bureau, dat advies geeft over de opzet en modellering van de risicoprofielen.
-
De risicoadviseurs van het Risicobeheerfonds kunnen betrokken gemeentelijke afdelingen en derde partijen, zoals schoolbesturen of andere bestuurlijke gremia, ondersteunen bij het opstellen van kosten-batenanalyses en het berekenen van terugverdientijden.
-
Het Risicobeheerfonds is verplicht voldoende expertise in huis te hebben op het gebied van financiële en juridische regelgeving, inclusief General Data Protection Regulation (GDPR), risk, compliance en control. Daarnaast moeten we onze processen en controles zodanig inrichten dat De Nederlandsche Bank (DNB) deze goedkeurt. Als de DNB onvoldoende vertrouwen heeft in onze plannen, bemensing en kwaliteitscontroles, krijgen wij geen vergunning. Na het verkrijgen van de vergunning zal het de organisatie jaarlijks aan de DNB aantonen dat we compliant zijn met de wet- en regelgeving.
2. Standpunt VNG-bestuur en besluitvormingsproces
-
Het Risicobeheerfonds is een initiatief in het kader van de verenigingsstrategie 2030. Het initiatief onderstreept het streven van de VNG om gemeenten te versterken door samen te werken, kennis te delen en kosten te besparen. Met het Risicobeheerfonds van en voor gemeenten kunnen gemeenten zich richten op maximale risicobeheersing, het verbeteren van de veiligheid van de gemeente en het realiseren van forse besparingen op verzekeringspremies.
-
Het VNG-bestuur is enthousiast over het Risicobeheerfonds en vindt draagvlak bij gemeenten van groot belang. Daarom heeft zij aan 4 gremia om advies gevraagd. Dat zijn:
- VNG-commissie Gemeentefinanciën
- College van Dienstverleningszaken
- Concerncontrollers 100.000+ gemeenten
- Risicobeheerplatform Overheid
Daarnaast is ook het VerzekeringsPlatform Overheden (VPO) om advies gevraagd. Na ontvangst van de adviezen en een expert opinion van KPMG zal het VNG-bestuur eind 2024 een besluit nemen over de oprichting van het Risicobeheerfonds waaronder de eigen schadeverzekeraar.