In de Voorjaarsnota staat dat gemeenten er vanaf 2027 structureel geld bij krijgen en dat het kabinet voornemens is om het accres goed te regelen. De opschalingskorting blijft echter in stand en doordat er pas in 2027 geld bijkomt, bedraagt de terugval van middelen in 2026 € 2 miljard (ten opzichte van 2025).

Dit alles kan niet zonder consequenties voor onze inwoners. We willen hierover op korte termijn in overleg met het kabinet.

Nieuwe financieringssystematiek moet nader worden uitgewerkt

Het in de Voorjaarsnota weergegeven begrotingsbeleid van het kabinet kent gemeenten vanaf 2027 een structureel bedrag van € 1 miljard toe en een volume-indexatie. Het is goed dat het kabinet (nadat het de bestaande heldere financieringssystematiek in het coalitieakkoord eenzijdig had afgeschaft) nu met een nieuwe financieringssystematiek komt. Maar de exacte invulling van die systematiek moet nog wel verder worden uitgewerkt: dit moet goed geregeld worden.

Opschalingskorting nog steeds niet geschrapt

Ondanks de extra middelen vanaf 2027 blijven voor gemeenten in de jaren vanaf 2026 grote kortingen in de boeken staan: in 2026 een daling van circa € 2 miljard ten opzichte van 2025. Onderdeel daarvan is de opschalingskorting (ongeveer € 700 miljoen). Het kabinet heeft deze korting nog steeds niet geschrapt. Dit zet de gemeentelijke uitvoering van wettelijke taken én de haalbaarheid van de grote maatschappelijke opgaven onder druk.

VNG-voorzitter Jan van Zanen: 'Gemeenten staan dagelijks aan de frontlinie van onze samenleving en zijn cruciaal voor het welzijn van onze inwoners. Het is dan ook van groot belang dat gemeenten de middelen krijgen om hun taken naar behoren uit te voeren. Met de voorliggende financiële context kunnen de Nederlandse gemeenten hun werk niet adequaat meer doen. Ook het in stand houden van de opschalingskorting is voor gemeenten een doorn in het oog. Een onterechte korting omdat de opschaling nooit heeft plaatsgevonden maar wel in de boeken is blijven staan.'

Overleg met kabinet nodig, ook afgesloten akkoorden aan de orde

Er komt dus een nieuwe financieringssystematiek, maar deze gaat niet vanaf 2026 in maar pas vanaf 2027. Dit heeft consequenties voor de taken die gemeenten moeten uitvoeren. Overleg op korte termijn met het kabinet is daarom nodig. Daarbij zullen ook de in het afgelopen jaar afgesloten akkoorden aan de orde zijn omdat deze zijn gesloten onder de voorwaarde van structurele financiering en voldoende middelen na 2025.

Jan van Zanen: 'Dat de nieuwe systematiek pas in 2027 ingaat, maakt dat we overleg moeten voeren met kabinet over consequenties. Als alle opgaven en wettelijke verantwoordelijkheden in stand blijven én er sprake is van een forse vermindering van middelen zal dat consequenties hebben voor inwoners die desastreus kunnen uitpakken. Er zullen dan lastige keuzes gemaakt moeten worden. En dat terwijl de uitdagingen voor onze inwoners de afgelopen tijd alleen maar groter zijn geworden.'