De VNG, IPO en UVW hebben nieuwe afspraken over hun financiën gemaakt met de ministeries van Financiën en Binnenlandse Zaken. Doel van de afspraken is bijdragen aan stabiele financiële verhoudingen en aan de gezamenlijke aanpak van maatschappelijke opgaven.

Tijdens het Bestuurlijk Overleg Financiële Verhoudingen (BOFv) werd het gesprek over een aantal financiële onderwerpen tussen de decentrale overheden en het rijk voortgezet. De belangrijkste afspraken die zijn gemaakt volgen hieronder.

Verruimde inzet van reserves

Er komen meer mogelijkheden om gemeentelijke reserves en overschotten in te zetten voor het dekken van structurele kosten die voortvloeien uit investeringen. Dit kan bijdragen aan het verkleinen van tekorten of het realiseren van een sluitende begroting. 

Dit is geen oplossing voor structurele tekorten die zich nu of in de toekomst voordoen, maar helpt wel actuele knelpunten op te lossen. In het BOFv is de notitie incidenteel/structureel vastgesteld, waarin afspraken zijn vastgelegd en verduidelijkingen zijn opgenomen over de verschillende vraagstukken onder de noemer incidenteel/structureel.

BBP-systematiek

Afgesproken is ook om in 2024 opnieuw overleg te voeren over de BBP-systematiek. De ontwikkeling van het Bruto Binnenlands Product (BBP) is in de plannen van het demissionaire kabinet maatgevend voor de indexering van de decentrale financiën, in plaats van de trap-op-trap-af-systematiek. In dat kader worden de gevolgen van beide systematieken voor de financiën vergeleken. Ook wordt nagegaan hoe de BBP-systematiek zich verhoudt tot de dynamiek op de beleidsterreinen zorg, openbaar vervoer, natuur en beheer en onderhoud van infrastructuur. 

Opschalingskorting

Wat betreft de opschalingskorting is bevestigd dat deze in een overleg in april, ter voorbereiding op de Voorjaarsnota, opnieuw op tafel komt, als er dan nog geen nieuw kabinet is gevormd. Financiën en Binnenlandse Zaken hebben begrip voor de wens van de VNG en het IPO voor afschaffing en erkennen de noodzaak van stabiele financiële verhoudingen. 

Bestuursakkoord en uitvoeringsakkoord

Tot slot brengen de overlegpartners in kaart hoe een bestuursakkoord tussen rijk en medeoverheden effectief kan bijdragen aan de uitvoering van een nieuw regeerakkoord en de versterking van de interbestuurlijke samenwerking. Daarbij worden ook de ervaringen met eerdere akkoorden betrokken, net als de governance en de interbestuurlijke omgangsvormen, zoals vastgelegd in de Code Interbestuurlijke Verhoudingen.