De EU-lidstaten hebben een akkoord bereikt over de inzet voor onderhandelingen met het Europees Parlement (EP) en de Europese Commissie over de bodemmonitoringsrichtlijn. Een raadswerkgroep gaat de amendementen van het EP analyseren. Het doel is om aan het einde van dit jaar een definitief akkoord te hebben.

De VNG is tevreden dat het voorstel van de Milieuraad flexibiliteit biedt door rekening te houden met nationale omstandigheden. Zo is het one-out-all-out principe verwijderd en wordt expliciet de nationale bevoegdheid op het vlak van ruimtelijke ordening erkent.  

Wel gaat het oorspronkelijke voorstel van de Europese Commissie wat de VNG betreft op sommige punten te ver. Voor ons zijn de volgende 3 punten van belang:

  1. De verbeterdoelstelling van de bodem moet haalbaar zijn en behoeft daarom krachtig nationaal en Europees bronbeleid;
  2. We moeten vrijheid behouden in het inrichten van een eigen governance van bodemdistricten;
  3. De bodemmonitoringsrichtlijn moet in samenhang worden gezien met de andere richtlijnen uit het Green Deal-pakket, zoals de KRW, de natuurherstelwet en het toelatingsbeleid.

    En uiteraard zet de VNG zich in voor minimale uitvoeringslasten voor gemeenten.

Achtergrond: het verbeteren van bodemgezondheid

De nieuwe richtlijn voor bodemmonitoring en -veerkracht moet ervoor zorgen dat we gezonde bodems creëren en behouden in 2050. Deze gezonde bodems moeten uiteindelijk bijdragen aan het milieu, de maatschappij, economische behoeften, biodiversiteit, voedselzekerheid en het verhogen van de weerbaarheid tegen natuurrampen. Daarnaast richt de wet zich op het reduceren van bodemverontreiniging, zodat de bodem niet langer schadelijk is voor de menselijke gezondheid en het milieu.  

Meer informatie