Nummer 10, 16 juni 2017

Auteur: Leo Mudde. Beeld: Ruben Oreel

Missing media-item.De publieke leider 3.0 zou een voorbeeld moeten nemen aan ‘zeilmeisje’ Laura Dekker. Zij zeilde als jong meisje solo de wereld rond. Dat kon zij alleen doordat zij goed kon omgaan met snel wisselende omstandigheden, onzekerheden, complexe vraagstukken en onduidelijkheid.

Bestuurskundige Paul ’t Hart ging in zijn bijdrage aan het VNG Jaarcongres in op de nieuwe tijden die van bestuurders nieuwe, andere kwaliteiten vragen. Machiavelli kan de prullenbak in; van afhankelijkheid van de nukken en grillen van een enkele prins of andere heerser is allang geen sprake meer. Legitimiteit is geen automatisme meer, zelfs een mandaat van vier jaar is onzeker. ’t Hart: ‘Als ik een zwarte toga aantrek, een symbool van wetenschappelijkheid en deskundigheid, en ik ga daarin gekleed college geven aan eerstejaarsstudenten, dan zullen ze mijn verhaal desondanks woord voor woord factchecken. Gezag moet je verdienen. En je bent zo goed als je laatste presentatie, alles wat je daarvóór hebt gedaan, geldt niet meer.’
Van de moderne bestuurder wordt verwacht dat hij kan omgaan in een ‘VUCA’-wereld. De letters staan voor de Engelse begrippen volatility, uncertainty, complexity en ambiguity, de omstandigheden waaronder Laura Dekker tot haar opmerkelijke prestatie kwam. 

Uiteenlopende opvattingen

De bestuurskundige, gespecialiseerd in politiek leiderschap, reageerde op een tijdens het VNG Jaarcongres gepresenteerde enquête – uitgevoerd door I&O Research – waarin inwoners, bestuurders en ambtenaren is gevraagd naar de eigenschappen waaraan ‘de bestuurder van de toekomst’ zou moeten voldoen.
De opvattingen van bestuurders aan de ene kant en inwoners aan de andere kant blijken nogal uiteen te lopen. 
Zo vinden inwoners dat wethouders vooral ‘verbindend’ en ‘leidend’ moeten zijn, terwijl wethouders zelf het ‘bevorderen van de samenwerking’ en ‘bewaken van de bestuurlijke kwaliteit’ het belangrijkst vinden. En, opmerkelijk, inwoners verwachten van hun raadsleden dat zij in de eerste plaats volksvertegenwoordiger zijn, terwijl de raadsleden zelf hun rol als ‘kadersteller’ op de eerste plaats zetten.
Volgens ’t Hart zoeken raadsleden houvast in kaders om de controle te houden. ‘Maar de inwoners zeggen iets anders: zij willen dat raadsleden hun kernpunten overbrengen in het stadhuis.’

Trouw blijven aan jezelf

Hij adviseerde bestuurders zich niet anders voor te doen dan ze zijn. ‘Integriteit gaat verder dan betrouwbaarheid, het betekent ook trouw blijven aan jezelf.’ En bestuurders moeten volgens ’t Hart in ‘lange lijnen’ denken, niet aan de eerstvolgende verkiezingen. Als voorbeeld haalde hij Zhou Enlai aan, lange tijd premier van China gedurende het bewind van Mao Zedong. Gevraagd naar de betekenis van die andere grote revolutie, de Franse, die bijna tweehonderd jaar eerder plaatsvond, antwoordde Zhou Enlai: ‘Het is nog te vroeg om daar iets over te zeggen.’

Zie ook