NB Deze pagina wordt niet meer actueel gehouden. Ga naar de actuele pagina

1. Hoe wordt de noodopvang geregeld vanaf 11 mei?
Vanaf 11 mei gaan dagopvang en gastouderopvang weer regulier open. Scholen en BSO gaan gedeeltelijk open. Voor de werkwijze van basisonderwijs en scholen verwijzen wij naar de brancheorganisatie kinderopvang, branchevereniging maatschappelijke kinderopvang en de PO Raad

Naast deze (gedeeltelijke) heropening moet in de periode vanaf 11 mei 2020 ook nog noodopvang beschikbaar zijn voor kinderen van ouders in cruciale beroepen. De verwachting is dat de vraag hiernaar zal afnemen, omdat de kinderen deels weer terecht kunnen in de heropende opvang en op het onderwijs. Ook mogen zieke kinderen nog steeds niet naar school of de opvang, ook niet naar de noodopvang. Daarbij geldt:

  • Gemeenten coördineren de noodopvang in samenwerking met basisonderwijs en kinderopvang.
  • Gemeenten organiseren en financieren avond/nacht/weekendopvang. Hiervoor is geld gereserveerd voor gemeenten door het Rijk. 
  • Noodopvang is beschikbaar in aanvulling op de schooltijden/BSO of de uren die al regulier worden afgenomen bij een KDV of gastouder, indien dit noodzakelijk is omdat ouders in cruciale beroepen (extra) werken. 
  • Noodopvang is nog steeds zonder extra kosten voor ouders.

Lees het advies Noodopvang vanaf 11 mei 2020 voor ouders in cruciale beroepen

 

2. Hoe inventariseer ik de behoefte aan noodopvang?
Breng goed in kaart of en hoeveel gebruik er van noodopvang wordt gemaakt. En wat de verwachtingen zijn voor de periode na 11 mei. Daar waar gebruik wordt gemaakt en er na 11 mei (naar verwachting) nog behoefte is, moet het aanbod overeind blijven. Wordt er geen gebruik gemaakt, dan kunt u het aanbod mogelijk afschalen.

Werk waar mogelijk samen met andere gemeenten. Kijk welke bestaande samenwerkingsverbanden - ook tussen scholen en kinderopvangorganisaties - er al zijn en maak daar gebruik van. Kijk ook waar al goede initiatieven en/of voorbeelden zijn, deel deze met andere gemeenten (bijvoorbeeld via het VNG-forum toezicht en handhaving kinderopvang) en maak waar mogelijk gebruik van deze goede voorbeelden.

 

3. Hoe zit het met de financiering van de noodopvang vanaf 11 mei?
De noodopvang wordt vanaf 11 mei 2020 niet meer volledig met gesloten beurzen uitgevoerd. Dat kan ook niet, omdat de dagopvang en gastouderopvang weer regulier open gaan en BSO ook weer opengaat in aansluiting op de schooldagen. Daarom is de financiering van de noodopvang bij de gemeenten belegd. Het Rijk heeft hiervoor middelen gereserveerd voor gemeenten. Er wordt nog uitgewerkt hoe en wanneer dit geld beschikbaar wordt gesteld.

Welke kosten worden door gemeenten gefinancierd? Als er noodopvang overdag nodig is en die kan binnen bestaande groepen worden geboden (bijvoorbeeld omdat er toch een aantal kinderen niet komt of er nog ruimte in de groep was) dan vindt die noodopvang nog met gesloten beurzen plaats. Alle noodopvang waarbij extra personeel, extra ruimte enzovoort nodig is buiten het normale aanbod van de locaties, wordt door de gemeente gefinancierd uit de hiervoor door het Rijk gereserveerde middelen.

 

4. Wat als er geen plek is op de locatie waar noodopvang gevraagd wordt?

  • Kijk eerst of er op andere locatie van de houder plek is.
  • Kijk dan of een andere houder in de gemeente plek heeft.
  • Als er echt nergens meer plek is, moet worden onderzocht welke houder personeel en ruimte heeft voor extra inzet. Breng dat dan ook al eerder in kaart en maak hiervoor afspraken met de houders in de gemeente (zie ook vraag 2 hierboven). Als er dan extra personeel en/of ruimte nodig is, ligt daarvoor al een werkproces klaar.
  • Als er met al het beschikbare personeel geen uitbreiding meer mogelijk is, moet ander personeel overwogen worden. Ook hierover is het van belang vooraf al met houders in gesprek te gaan. Wat kunnen zij bijdragen? Zijn zij bereid om groepen te draaien met deels ander (niet eigen) personeel? Welke groepen personeel zou u hiervoor kunnen inzetten? Door wie worden die benaderd, geselecteerd en aangenomen?

 

5. Moet de gemeente na 11 mei opvang blijven bieden voor kwetsbare kinderen?

Ja. Door het opstarten van KDV en gastouderopvang valt wel een groot deel van de doelgroep kwetsbare kinderen weg. Er moet nog aandacht worden besteed aan kwetsbare kinderen die normaal niet in de opvang zitten, of de kwetsbare kinderen die een gedeelte van de tijd naar school en BSO gaan. De opvang van deze kinderen in een kwetsbare positie blijft doorgaan na de meivakantie. School heeft hierbij het voortouw, de gemeente houdt hierbij een coördinerende rol. Meer informatie vindt u op de website van het Nederlands Jeugdinstituut.

 

6. Nu de scholen weer geleidelijk open gaan, betekent dit dan ook dat de leerplicht weer gaat gelden? En hoe zit dat met kwetsbare kinderen in het bijzonder?

Nu de scholen weer geleidelijk open gaan, betekent dit dat de leerplicht weer gaat gelden. Lees daarover meer op de website van Ingrado. Medewerkers die vanwege een kwetsbaar gezinslid niet kunnen of willen, bespreken met de directeur of het schoolbestuur wat haalbaar is, hetzelfde geldt voor leerlingen.

 

7. Wanneer scholen alle kinderen elke dag laten komen (allemaal een halve dag), welke kinderen mogen er dan naar de BSO?
Opvang volgt school. Dit houdt in dat kinderen, waarvan de ouders een contract met een BSO hebben, na reguliere schooltijd naar de BSO kunnen. Het aantal uren dat een kind kan worden opgevangen, is afhankelijk van (de omvang van) het contract. Het is van belang dat de school hierover afspraken maakt met de BSO. De ruimte voor een BSO om zich aan te passen aan de school is beperkt, onder andere omdat BSO’s vaak met meerdere scholen samenwerken en zij hun uren opvang niet zomaar kunnen uitbreiden. De BSO dient zich ook te houden aan de eisen uit de Wko (BKR, maximum groepsgrootte, etc) en het aantal kinderen mag niet groter mag niet groter worden dan het aantal kindplaatsen waarvoor toestemming tot exploitatie is gegeven School kan een oplossing realiseren voor de tijd die tussen het ochtend deel en de reguliere starttijd van de BSO ligt. Hiervoor komen geen extra middelen beschikbaar.

 

8. Wat kunnen gemeenten doen om scholen te stimuleren om hele dagen school aan te bieden in plaats van alternatieve werkwijze?
Gemeenten kunnen nogmaals verwijzen naar de richtlijnen van Rijk en de PO-raad en de problemen die alternatieve organisatie voor ouders met zich meebrengt. Scholen kunnen niet verplicht worden de landelijke lijn te volgen. Scholen worden wel zeer nadrukkelijk verzocht om volledige schooldagen aan te bieden.  

 

9. Hoe komt het geld voor de noodopvang bij gemeenten terecht?
Gemeenten worden gecompenseerd voor de kosten van de noodopvang. Het Rijk heeft hier middelen voor gereserveerd. Over de wijze waarop en wanneer dit gebeurt vindt overleg plaats tussen de VNG en het Rijk. Dat geldt ook voor de vraag hoe financiële verantwoording plaatsvindt. Met het oog hierop worden gemeenten geadviseerd om de kosten voor de noodopvang goed bij te houden en te administreren (welke kosten worden waarvoor gemaakt).

 

10. Blijven ouders recht hebben op compensatie als ze minder BSO afnemen dan normaal of als de opvang minder beschikbaar is?
Ja. De vergoeding gaat door zolang de gedeeltelijke openstelling van basisscholen en BSO voortduurt.

 

11. Waar vind ik meer informatie over de (nood)opvang voor kinderen?
U vindt vragen en antwoorden op de site van de Rijksoverheid en op de website van het NJi. Ook staat veel informatie op het VNG-forum Kinderopvang (onder Jeugd). 

Terug naar boven