In de handreiking 'Het vertrouwensbeginsel in het privaatrecht' analyseert prof.mr. Gerrit van der Veen, partner bij AKD, de toepassing van het vertrouwensbeginsel in het privaatrecht, aan de hand van voor gemeenten relevante jurisprudentie. Tijdens de VNG Juridische 2-daagse besteedt hij hier aandacht aan.

Het vertrouwensbeginsel houdt in dat men erop moet kunnen vertrouwen dat een toezegging van een bestuursorgaan nagekomen wordt. Het kan echter voorkomen dat de nakoming van een toezegging toch moet wijken voor andere belangen.

De bestuursrechter hanteert bij de toetsing aan het vertrouwensbeginsel tegenwoordig 3 stappen: 

  1. Welbewuste standpuntbepaling
  2. Toerekening
  3. Belangenafweging

Deze invulling van de toepassing van het vertrouwensbeginsel leidt ertoe dat toezeggingen van bestuurders en ambtenaren bestuursorganen sneller kunnen binden dan voorheen. 

De burgerlijke rechter volgt de stappenbenadering van de bestuursrechter inmiddels ook. Dit blijkt uit een arrest van de Hoge Raad van 24 december 2021 (rechtspraak.nl).