Overig
-
Deze vraag is breder dan het gebruik van Suwinet. Hierover is meer informatie te vinden op: www.naleving.net
-
Nee, dat zal doorgaans niet het geval zijn. VNG Connect betreft niet per definitie tweezijdige uitwisseling van personeel. Er moet dan namelijk tegelijkertijd zowel bij de organisatie als bij de VNG tijdelijk werk zijn dat via VNG Connect ingevuld kan worden. Mogelijk krijgt de organisatie, indien gewenst, wel op een later moment iemand van de VNG gedetacheerd.
-
Hoewel er bij een beeindigingsovereenkomst of vaststellingsovereenkomst geen wettelijke opzegtermijn geldt, hanteert het UWV een fictieve opzegtermijn welke relevant is voor van de ingangsdatum van het recht en geldend maken WW-uitkering van de werknemer. Dit kan worden ondervangen door de periode tussen ondertekening beeindigingsovereenkomst en einddatum dienstverband gelijk te stellen aan de wettelijke opzegtermijn.
-
Bij het aanvragen en verlenen van Europese subsidies, die decentraal worden uitgevoerd, moeten overheden zelf de staatssteun- en aanbestedingsregels toepassen. Het niet correct toepassen van de regels kan leiden tot vertraging van projecten of terugvordering van de Europese subsidie. Voor meer informatie over staatsteun en aanbesteden kunt u terecht bij Kenniscentrum Europa Decentraal.
-
Nee, als gemeente heb je de taken niet overgedragen. Vanuit overheidswege zijn deze taken elders belegd, namelijk bij de RMC-regiogemeente (Besluit regionale meld- en coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten, artikel 1) .
-
De Algemene vlaginstructie voor het uitsteken van de vlag van de rijksgebouwen vervangt de instructie uit 2009. Gemeenten volgen over het algemeen deze regeling.
- Vlaginstructie 2013 (pdf)
-
De financiers van zorg en ondersteuning: gemeenten, zorgkantoren en zorgverzekeraar(s). Vanuit die rol zijn zij verantwoordelijk voor de inkoop en organisatie van de infrastructuur van zorg en ondersteuning.
-
Wanneer de inlichtingenplicht is geschonden, maar de klant vertegenwoordigd wordt door een bewindvoerder, kan het voorkomen dat de fout bij de bewindvoerder ligt. Echter, ongeacht het handelen van de bewindvoerder blijft de klant voor de wet verantwoordelijk voor het leveren van de relevante informatie. Aan de klant zal in principe een boete opgelegd moeten worden.
Als de klant aantoont dat de omissie bij de bewindvoerder ligt en er ten aanzien van hem sprake is van verminderde verwijtbaarheid, zal bij het opleggen van de boete rekening gehouden moeten worden met mogelijke verminderde verwijtbaarheid, dan wel de afwezigheid van verwijtbaarheid. Immers volgens het 'AVAS'-principe (= afwezigheid van alle schuld) kan bij ontbreken van verwijtbaarheid geen boete worden opgelegd.
Aan een bewindvoerder kan, voor het verzuim om de betreffende informatie op te geven aan het college, geen bestuurlijke boete worden opgelegd. De bewindvoerder is immers geen belanghebbende in de zin van de Participatiewet.
De klant kan eventueel een klachtenprocedure starten tegen de bewindvoerder. Deze procedure gaat buiten de gemeente om en maakt geen deel uit van de boeteprocedure.
-
Totdat de nieuwe Mediawet in werking treedt blijft de huidige wet nog van kracht. Dat betekent dat lokale omroepen in 2025 nog een zendmachtiging krijgen die waarschijnlijk onder de nieuwe wet komt te vervallen. Gemeenten worden dan met twee aanwijzingsprocedures kort na elkaar opgezadeld. Ook voor deze overgang zal in de nieuwe wet een regeling worden opgenomen.
-
Ja, dit valt onder de ventbepalingen van de APV. Er kan een ventvergunning nodig zijn, indien de APV een vergunning verplicht stelt. De weigeringsgronden uit de APV zijn dan van toepassing. Verder is van belang de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus.
-
Vragen en antwoorden over buisleidingen
Antwoorden op vragen van gemeenten en provincies over onder andere nieuwe risicoafstanden, het rekenmodel, bestemmingsplannen, nieuwe wet- en regelgeving, verantwoording groepsrisico, kerngegevens, nieuwe leidingen en knelpunten. -
Gemeenten zijn op grond van de Wmo 2015 verantwoordelijk voor ongeveer 24.000 cliënten Beschermd Wonen. Vóór de openstelling van de Wlz in 2021 waren dit er ongeveer 38.000.