Na een verkiezing moet het benoemde raadslid uiterlijk op de tiende dag na de dagtekening van de kennisgeving van zijn benoeming bij brief mededeling doen aan het vertegenwoordigend orgaan dat hij zijn benoeming aanneemt (artikel V 2, eerste lid, Kieswet).

De zitting van het hoofdstembureau ter vaststelling van de uitslag is bij de verkiezingen in 2022 op maandag 21 maart om 10 uur. (zie art. O 1, eerste lid, Kieswet en artikel 23f, eerste lid, Tijdelijke wet verkiezingen covid-19). De zitting van het gemeentelijk centraal stembureau is ook op 21 maart. Aangezien het hoofdstembureau bij gemeenteraadsverkiezingen tevens als centraal stembureau optreedt, worden beide zittingen bij de verkiezingen gecombineerd (zie art E 11, vijfde lid, Kieswet). Uiterlijk de dag na de vaststelling van de uitslag wordt deze aan de benoemde uitgereikt of verzonden (V 1, eerste lid Kieswet).

Als de kennisgeving op maandag 21 maart is gedagtekend dan heeft de benoemde tot en met donderdag 31 maart (namelijk tot uiterlijk 10 dagen na de dagtekening) de tijd voor het aannemen van zijn benoeming.

In de praktijk zullen de meeste raadsleden hun benoeming per ommegaande accepteren en de benodigde stukken overleggen. Dat is ook wenselijk met het oog op een snelle beëdiging van de nieuw gekozen raadsleden. De wetgever vindt het echter van belang dat een gekozene voldoende tijd heeft om na te gaan of hij daadwerkelijk zijn benoeming wenst te aanvaarden. Bij tussentijdse benoemingen wordt daarom ook een langere termijn gehanteerd (28 dagen).

Artikel O 1, P 1, V 1, eerste lid, V 2, eerste lid, Z 12, eerste lid Kieswet, 23f Tijdelijke wet verkiezingen covid-19