Volledige vraag: Wanneer begint de bezwaartermijn als een omgevingsvergunning van rechtswege is ontstaan? En Is er een verschil in de aanvangsdatum van de bezwaartermijn voor de aanvrager en belanghebbenden?

De bezwaartermijn begint te lopen met ingang van de dag na die waarop het besluit op de voorgeschreven wijze is bekendgemaakt (artikel 6:8 Awb). Op de bekendmaking van een omgevingsvergunning is artikel 3:41 Awb van toepassing: het eerste lid bepaalt dat de bekendmaking gebeurt door toezending of uitreiking aan de belanghebbenden tot wie het besluit is gericht.

Voor de bekendmaking (aan de aanvrager) en de kennisgeving (ten behoeve van andere derdebelanghebbenden) van omgevingsvergunningen die van rechtswege zijn verleend, voorziet de Wabo in samenhang met de Awb in een bijzondere regeling.

Artikel 4:20c, eerste lid, Awb bepaalt dat het bestuursorgaan de beschikking bekendmaakt binnen twee weken nadat zij van rechtswege is gegeven. Artikel 3.9, vierde lid, Wabo bepaalt dat het bevoegd gezag zo spoedig mogelijk mededeling doet van de bekendmaking, bedoeld in artikel 4:20c Awb, op de wijze waarop het overeenkomstig artikel 3.8 Wabo kennis heeft gegeven van de aanvraag.

Artikel 6.1, eerste lid, Wabo bepaalt dat een beschikking krachtens de Wabo in werking treedt met ingang van de dag na haar bekendmaking. De inwerkingtreding van een van rechtswege verleende omgevingsvergunning is weliswaar uitgesteld tot het einde van de bezwaartermijn (artikel 6.1, vierde lid, Wabo), maar dat doet niet af aan de bekendmakingsregeling die voor van rechtswege verleende omgevingsvergunningen geldt.

Daarom is de voorwaarde van bekendmaking als bedoeld in artikel 6:8, eerste lid, Awb onverkort van toepassing op de aanvang van de bezwaartermijn bij van rechtswege verleende vergunningen (zie de artikelsgewijze toelichting op artikel 4:20b Awb, Kamerstukken II 2007/08, 31579, 3, blz. 130). Zonder bekendmaking van de van rechtswege verleende omgevingsvergunning, vangt de bezwaartermijn niet aan. Consequentie daarvan is dat de beschikking dan niet in werking treedt.

Uit het samenstel van de genoemde bepalingen volgt dat de bezwaartermijn voor de van rechtswege verleende omgevingsvergunning aanvangt met ingang van de dag na die waarop de verlening van rechtswege aan de aanvrager is bekendgemaakt (artikel 3:41 in samenhang met artikel 6:8 Awb).

Is er een verschil in de aanvangsdatum van de bezwaartermijn voor de aanvrager en belanghebbenden?

Nee. Het aanvangsmoment van de bezwaartermijn is voor de aanvrager en derdebelanghebbenden gelijk. Met het oog op de belangen van derden is het daarom van groot belang dat de kennisgeving van de vergunningverlening van rechtswege zo spoedig mogelijk plaatsvindt (artikel 3.9, vierde lid, in samenhang met artikel 3.8 Wabo).