Iedere gemeente heeft langdurig leegstaande gebouwen. Zoals winkelpanden, woningen, bedrijfsgebouwen, kantoren en voormalige agrarische bebouwing. Er zijn allerlei oorzaken: er is geen markt voor een pand, de bestemming is verouderd, de vraagprijs is te hoog, de plek is onaantrekkelijk, of de eigenaar wil niks. Langdurige leegstand kan leiden tot verloedering en verval, onveiligheid en vandalisme, of aantasting van het straatbeeld. Met name bij agrarische bebouwing komen asbest en crimineel gebruik voor. Als de leefbaarheid van de omgeving achteruit gaat, is er een goede aanleiding voor een actieve rol van de gemeente.

Beleidskaders

Als het wenselijk is om voor leegstand een actieve gemeentelijke aanpak vast te stellen, kan de raad de kaders daarvoor vastleggen. Bijvoorbeeld in een omgevingsvisie, een nota Aanpak leegstand (kantoren, winkels, agrarische bebouwing), een nota Aanpak verwaarloosde panden, of een Kerkenvisie.

Instrumenten

De gemeente begint met een analyse. Inventariseer waar leegstand voorkomt. Sommige gemeenten houden een monitor van bijvoorbeeld kantoor- of winkelruimten bij. Onderzoek de oorzaken van leegstand.

Vervolgens wordt de ambitie bepaald en worden prioriteiten gesteld. Welke vormen van leegstand worden aangepakt? Welke delen van de gemeente krijgen prioriteit?

Gemeenten kunnen putten uit een gereedschapskist aan instrumenten. In onze handreiking Leegstand te lijf 2.0 worden deze beschreven. Voor de gemeenteraad zijn 3 instrumenten in het bijzonder van belang: het omgevingsplan (bestemmingsplan), de leegstandverordening en het beschikbaar stellen van budgetten. 

Omgevingsplan

Soms ligt de oplossing van leegstand in verandering of verbreding van de bestemming. Denk bijvoorbeeld aan verbreding van de bestemming Detailhandel naar Gemengde doeleinden. Of het wegbestemmen van kantoren of verkleinen van het kernwinkelgebied. Hierover gaat de gemeenteraad. Onder de naam ruimte-voor-ruimte, rood-voor-rood of rood-voor-groen zijn er provinciale regelingen waardoor in ruil voor sloop van leegstaande agrarische bebouwing woningen mogen worden gebouwd. Toepassing van dergelijke regelingen is onlosmakelijk verbonden met wijziging van het omgevingsplan door de gemeenteraad.

Leegstandverordening

Op basis van de Leegstandwet kan de raad een leegstandverordening vaststellen. De VNG heeft hiervoor een modelverordening gemaakt. Met een verordening kan de gemeente een meldingsplicht voor eigenaren introduceren. De gemeente overlegt vervolgens met de eigenaar. In een leegstandbeschikking kan de gemeente bepalen of een pand geschikt is of geschikt te maken is voor gebruik. Uiteindelijk kan de gemeente een nieuwe gebruiker voordragen. 

Overigens wijst de praktijk uit dat gemeenten met een leegstandverordening deze vooral gebruiken om in gesprek te komen met de eigenaar. Dat leidt vaak al tot een oplossing, De verdergaande instrumenten worden zelden of nooit gebruikt.

Inhoud van de Leegstandverordening

  • Werkingsgebied
  • Plicht tot leegmelding door eigenaar
  • Gemeente houdt leegstandlijst bij
  • Gemeente overlegt na leegmelding met eigenaar
  • Leegstandbeschikking: gebouw wel of niet geschikt voor gebruik
  • Voordracht gebruiker door gemeente
  • Sancties 

Vergunning voor tijdelijke verhuur

De Leegstandwet biedt nog een andere mogelijkheid, namelijk tijdelijke verhuur. Hiervoor is geen verordening nodig. De eigenaar kan de vergunning bij de gemeente aanvragen. De toetsingscriteria  staan in de wet. Tijdelijke verhuur op basis van de Leegstandwet is mogelijk voor een

  • gebouw voor groepsbewoning, verzorging/verpleging, logies, administratie, onderwijs
  • voor verkoop bestemde woning 
  • voor verkoop bestemde huurwoning
  • voor verhuur bestemde woning in afwachting van afbraak of ingrijpende vernieuwing

Beschikbaar stellen van budgetten

In de begroting geeft de raad de financiële kaders mee. Als het gaat om bestrijding van leegstand zou de raad middelen kunnen uittrekken voor 

  • aankoop van panden (bijvoorbeeld actieve aanpak van ‘rotte kiezen’). De gemeente koopt panden, knapt ze zelf op of verkoopt ze door met verbeterplicht.
  • gemeentelijke subsidie of lening voor sloop (wordt bijvoorbeeld gebruikt voor leegstaande stallen).
  • gemeentelijke subsidie of lening voor woningverbetering, transformatie of onderhoud (bijvoorbeeld van gemeentelijke monumenten).