De 5e voortgangsrapportage (VGR) van het programma Geweld hoort nergens thuis (GHNT) kun je een lustrum-editie noemen. Een lustrum dat positieve effecten laat zien voor zowel de regionale als de landelijke aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling (HGKM).
Het rapport is op 21 december samen met een Kamerbrief aan de Tweede Kamer aangeboden (zie onderaan dit bericht).
Positieve effecten
Het onderzoek van het Verwey-Jonker instituut naar de effectiviteit van de aanpak van HGKM bij multi-probleemgezinnen laat positieve effecten zien. In 30% van de gezinnen is het geweld bij de derde onderzoekmeting gestopt, terwijl dat bij de eerste meting maar 6,5% was. Het onderzoek laat ook dalende cijfers zien als het kijkt naar frequent of ernstig partnergeweld en ook de getallen van kindermishandeling volgen de dalende trend. Zelfs het aantal incidenten is afgenomen. Nog niet eerder werden dergelijke trends wetenschappelijk geconstateerd.
Forse inspanning leidt tot resultaat
De rapportage laat zien dat de regio’s in de afgelopen jaren forse inspanningen hebben geleverd. Met name de regionale inspanningen staan in deze VGR in de spotlight. De optelsom van de 28 regio’s vormt het landelijk beeld dat aantoont dat de inspanningen tot resultaten hebben geleid o.a. op de werkende elementen, die uit het VJI-onderzoek naar voren komen om het geweld te doen stoppen. Denk hierbij aan de aanpak MDA++ en de focus op veiligheid, die de basis vormen in de visie gefaseerde ketenzorg die GHNT ondersteunt. We zien echter ook dat het in de praktijk werken volgens de visie een grote uitdaging vormt, waarvoor blijvende aandacht en inzet noodzakelijk is.
Van Denken naar Doen
De (financiële) impulsen vanuit de projectenpool ‘Van Denken naar Doen’ werpen ook hun vruchten af. Dat is te zien in de resultaten in de individuele regiofoto’s, maar het is ook waar te nemen bij de aanvragen voor de projectenpool 2020/2021.Deze zijn nog beter onderbouwd dan die van 2019 en sluiten naadloos aan op de prioriteiten van het programma GHNT en de in het VJI-onderzoek genoemde werkzame elementen. De ambitie van de projectenpool om ideeën van theorie naar praktijk te brengen werkt!
Effecten COVID-19
Vanzelfsprekend heeft de corona-pandemie invloed op alle landelijke en regionale inspanningen met betrekking tot de aanpak van HGKM. Dat zijn zeker niet alleen maar vertragende of negatieve gevolgen. Uit de regio’s kwamen signalen dat er effecten zijn die de moeite waard zijn om vast te houden, onder andere de toegenomen publieke aandacht voor het thema HGKM, de verbetering van de samenwerking tussen de betrokken partijen en andere manieren om (potentiële) slachtoffers te bereiken, zoals de chatfunctie van Veilig Thuis. Een aantal regiovisies werd dankzij de vele online vergaderingen sneller dan voorheen geactualiseerd, besproken en (opnieuw) vastgesteld.
Op volle kracht vooruit!
Het Verwey-Jonker onderzoek bevestigt opnieuw dat HGKM in gezinnen geen éénmalige gebeurtenissen zijn en dat het heel moeilijk is om hier voldoende zicht op te krijgen. Eén ding is zeker: het verdwijnt niet vanzelf. Daarom is bij deze 5e VGR ook de boodschap: Op volle kracht vooruit! Eén op de vijf gezinnen krijgt nog geen hulp na melding bij Veilig Thuis en in de helft van de gezinnen is nog steeds sprake van ernstig en veelvuldig geweld. Dit is van grote invloed op de hechting en het toekomstige leven van kinderen. Ook traumasensitief werken is nog lang geen gemeengoed.
In 2021 blijft GHNT zich inzetten om een bijdrage leveren aan het eerder signaleren, stoppen en duurzaam oplossen van HGKM. De positieve trend die is ingezet, verdient het om vervolg te krijgen.