Gemeenten twijfelen niet aan het nut van de Omgevingswet en werken hard aan de invoering van de wet. Zij maken zich wel zorgen over de kosten van de invoering. De algemene ledenvergadering heeft bijna unaniem ingestemd met een motie die de VNG oproept zorg te dragen voor een budgetneutrale overgang.
De zorgen van gemeenten gaan enerzijds over de kosten die gemeenten moeten maken om de wet in te voeren. Deze invoeringskosten lopen in de praktijk hoger op dan vooraf is ingeschat door het ministerie.
Structurele financiële effecten
Anderzijds gaan de zorgen over de structurele financiële effecten van de wet: gemeenten vragen zich af of de verwachte structurele baten (bijvoorbeeld door besparingen op ambtelijke capaciteit doordat er minder vergunningen worden aangevraagd) gaan opwegen tegen de verwachte extra kosten, zowel structureel als incidenteel. Kortom: gemeenten vrezen dat de invoering van de Omgevingswet niet budgetneutraal kan worden gerealiseerd.
Motie
De gemeente Noord-Oostpolder heeft samen met zeven andere gemeenten een motie ingediend die de VNG oproept om gemeenten te consulteren over de financiële effecten van de Omgevingswet. Het uitgangspunt is dat de overgang budgetneutraal verloopt en de VNG het Rijk oproept om extra middelen beschikbaar te stellen als dat onhaalbaar blijkt. Gemeenten willen niet inboeten op de doelen en de ambities die de wet nastreeft, maar ook de kosten daarvan niet afwentelen op inwoners en bedrijven. De begroting van gemeenten laat het niet toe om de extra financiële lasten hiervan op te vangen.
Herzien financiële afspraken
De VNG deelt de zorgen en de analyse van de indieners. De VNG heeft na het Financieel Hoofdlijnenakkoord (2016), waarop de motie zich baseert, in de Beheerovereenkomst DSO-LV (2018) verdergaande procesafspraken gemaakt met de minister en de andere bestuurlijke partners over de wijze waarop de financiële effecten van de Omgevingswet worden gemonitord. Ook zijn er afspraken gemaakt over de momenten waarop we daarover met elkaar in gesprek gaan met de mogelijkheid om de bestaande financiële afspraken te herzien. Op ambtelijk niveau worden deze zorgen interbestuurlijk al enige tijd gedeeld en besproken. Bij het besluit de invoering van de wet een jaar uit te stellen, is ook bestuurlijk nadrukkelijk op dit punt gewezen.