De Raad voor Cultuur heeft op 4 juni zijn advies gepresenteerd met het oog op de subsidies in de culturele Basisinfrastructuur 2021-2024. Per jaar is ongeveer € 200 miljoen beschikbaar. Van de 220 ingediende aanvragen, komen er 115 in aanmerking voor rijksgeld.

De kaders die het ministerie van OCW hanteert zijn: verbreding en vernieuwing, geografische spreiding én toepassing van de codes voor governance, fair practice, diversiteit en inclusie.

Veel afwijzingen in uitgebreide en nieuwe categorieën

Podiumkunstgezelschappen (toneel, symfonische muziek, dans en opera), beeldende kunstorganisaties en ondersteunende instellingen hadden al een plek in de culturele Basisinfrastructuur (BIS).

In de nieuwe periode is er een uitbreiding van het aantal festivals en in de jeugdpodiumkunsten, ook zijn de muziekensembles, ontwikkelinstellingen en regionale musea toegevoegd. De afgewezen aanvragers zijn vooral in de uitgebreide en toegevoegde categorieën te vinden. 

Regionale culturele ketens en landelijke ondersteuning onderbelicht

De Raad voor Cultuur heeft meer dan voorheen getracht om zijn advies te onderbouwen aan de hand van de vooraf vastgelegde criteria. 

De plek van instellingen in de (inter)nationale culturele keten wordt over het algemeen goed belicht. De plek van een instelling in de culturele keten van de stedelijke regio's en de schakel die daar wegvalt als gevolg van een negatief advies blijven echter nog onderbelicht. 

Voor de lokale cultuur in totaliteit worden de gevolgen van de adviezen over het Landelijk Kennisinstituut Cultuureducatie en Amateurkunst (nee, tenzij) plus Architectuur Lokaal (nee) niet toegelicht.

Meer informatie