VNG Magazine nummer 14, 21 september 2018

Auteur: Marten Muskee | Foto: Herbert Wiggerman/ANP

Om de toekomstige vervoersbehoefte in de stedelijke gebieden op te vangen, is veel meer hoogwaardig railvervoer nodig. In de haarvaten van de stad moet de zogeheten first and last mile uitkomst bieden en het autogebruik terugdringen. Smart mobility heeft de toekomst. Communicatietechnologie en data bepalen straks in grote mate hoe reizigers zich verplaatsen.

‘Geen rails, geen woningen.’ De uitspraak van Boudewijn Revis – voorzitter van de Commissie Ruimte, Wonen en Mobiliteit van de VNG en VVD-wethouder in ’s-Gravenhage – eind vorig jaar in de media, heeft niet aan actualiteit ingeboet. ‘Prima dat het nieuwe kabinet gemeenten oproept aan de slag te gaan met woningbouw, maar dat kan niet zonder goede ontsluiting. De grotere steden slibben helemaal dicht, die kunnen niet zonder goed openbaar vervoer.’

De VNG heeft daar intussen op ingespeeld door één commissie Ruimte, Wonen en Mobiliteit in te stellen. Mobiliteit is onderdeel van de commissie geworden omdat bouwen, binnenstedelijke verdichting en mobiliteit samenhangen. ‘Gemeenten kunnen de investeringen niet alleen dragen’, zegt Revis. ‘Het Rijk zal ook de nodige investeringen moeten doen.’

Hoofdboodschap wat betreft Revis is dat de BV Nederland voor een keuze staat. De woningnood is groot en mensen willen in de stad wonen. Wie snel woningen wil bouwen en voor een dubbeltje op eerste rij wil zitten, bouwt in de groengebieden tussen de steden. Dat bevordert echter niet de kwaliteit van Nederland, groene buffers tussen de stedelijke kernen zijn onmisbaar. Bovendien is dit niet de wens van de woonconsument, die wil namelijk in de stad wonen dicht bij de voorzieningen.

Binnenstedelijk verdichten is duurder, beaamt Revis. ‘Maar het Rijk moet zich realiseren dat dit voor het functioneren van de BV Nederland zijn euro’s waard is. Chapeau voor minister Cora van Nieuwenhuizen die de A4 laat verbreden, maar er is meer rails nodig. Het ov in en tussen de steden moet van excellent niveau zijn. In Londen investeert men miljarden in extra metrolijnen! Het is toch van een bestuurlijke zwakte dat dat hier niet kan?’

Legio uitdagingen

Eindhoven houdt zich intensief bezig met data, communicatietechnologie en mobiliteit. Strateeg en smart mobility-coördinator Jan-Willem van der Pas noemt de uitdagingen in de stad legio. Alleen al in het centrum kent Eindhoveneen bouwopgave van tienduizend woningen. ‘De bereikbaarheid van die locatie is niet meer met auto’s en parkeerplaatsen op te vangen zonder gevolgen voor de leefbaarheid. Daarvoor proberen we slimme oplossingen te bedenken.’

Gemeenten kunnen de investeringen niet alleen dragen

Eindhoven zoekt rond smart mobility op verschillende fronten de samenwerking, met andere overheden, met de markt, met kennisinstellingen zowel regionaal, als landelijk en internationaal. Zo organiseert de gemeente samen met diverse partijen volgend jaar het ITS European Congress, Europa’s grootste evenement op gebied van smart mobility. Ook hebben ambtenaren van de G5 met het Rijk gewerkt aan een roadmap met daarin een schets hoe slimme mobiliteit in de stad er in 2050 uitziet. Daarnaast werkt de G5 samen met de provincies, het Rijk en de metropoolregio’s aan een intentieverklaring om de krachten rond slimme mobiliteit te bundelen.

Slimme hubs

Van der Pas: ‘Overal om ons heen worden de oplossingen aangedragen uit proeftuinen, maar het komt nauwelijks tot opschalen. Hoe ziet de toekomst eruit en hoe ga je om met alles wat er op je afkomt aan slimme mobiliteit? Er moet meer samenwerking en afstemming plaatsvinden. Het is tijd dat smart mobility door opschaling haar belofte invult, anders zal de markt niet verder innoveren en blijft het bij probeersels her en der in gemeenten.’

De ambtenaren laten met de roadmap zien welke mogelijke keuzes gemaakt kunnen worden (zie afbeelding op pagina 24). Van der Pas stelt dat in ieder geval het doorgaand verkeer uit de stad gehaald dient te worden. Bestemmingsverkeer moet zijn weg wel kunnen vinden, maar inwoners zullen vanuit duurzaamheidsperspectief en veiligheid zo veel mogelijk moeten overstappen op lopen, fietsen en het ov. Reizigers stappen over bij slimme hubs die rond de stad liggen. Op die overstappunten kunnen zij hun elektrische auto parkeren en opladen via een systeem waar vooraf een plek is gereserveerd. Het systeem weet wie bezoekers aan de stad zijn, wie er komt om te werken, en biedt iedereen de meest ideale reismogelijkheid via het ov of de fiets om zo snel mogelijk op de plek van bestemming te zijn. De stad is groen, de spoorlijnen lopen naar het centrum, de wijken en steden om de hubs heen zijn ook goed bereikbaar en drones bezorgen pakjes.

Wat we volgens Van der Pas ook gaan zien, is dat logistiek vervoer in de toekomst veel dichter bij het personenvervoer komt te liggen. Bij een slimme overstap past ook een logistieke overstap voor de last mile. ‘De bezorger kan een pakje afgeven op het overstappunt waar de ontvanger ook net staat geparkeerd en zelfs in de kofferbak leggen.’ Telecommunicatietechnologie maakt het mogelijk zaken slim te combineren. Mobiliteit, data en communicatie komen steeds dichter bij elkaar. ‘We krijgen straks een soort persoonlijke reisassistent die ons advies geeft op basis van onze voorkeuren. Die stelt ons in staat een reis met meerdere vervoersmiddelen te boeken, die bij eventuele onvoorziene omstandigheden gemakkelijk te wijzigen is.’

Technologie

Digitale technologie maakt het mogelijk om mobility as a service in en tussen de steden van een veel hoger niveau te maken. Het is volgens Revis heel goed mogelijk in de first and last mile van een reis te voorzien, en van deur tot deur te reizen zonder een eigen auto te hoeven hebben. ‘We kunnen hier een belangrijke slag maken om de leefomgeving in steden te verbeteren en te verduurzamen en de groene ruimte tussen de stedelijke kernen te beschermen.’

Revis zet zich in voor een hoogwaardige metrolijn tussen Rotterdam The Hague Airport en het Kurhaus aan het strand in Scheveningen met slechts drie tussenstops. Hij is ook van mening dat de nieuwe Noord-Zuidlijn in Amsterdam doorgetrokken moet worden naar Schiphol. ‘De gemeenten in de metropoolregio’s horen te investeren in hoogwaardige stedelijke mobiliteit en samen een bod op tafel te leggen waarin ze ook zelf geld meenemen. Geen investeringen in boemeltrammetjes, maar in railvervoer dat op hoge snelheid grote afstanden overbrugt. Het Rijk hoort daar als partner bij aan te sluiten.’

Ongewenste effecten

Een van de uitdagingen van smart mobility is de samenwerking tussen overheden, kennisinstituten en bedrijven. In het verleden kwam het voor dat deelfietsen massaal door marktpartijen in de stad werden gedumpt en de openbare ruimte vervuilden. Nieuwe vervoermiddelen zoals elektrische stepjes vormen interessante oplossingen voor invulling van de first and last mile. Om ongewenste neveneffecten te voorkomen, horen gemeenten volgens Van der Pas op een slimme manier om te gaan met marktpartijen, want zij vormen een deel van de oplossing. Partijen die samenwerking zoeken, zijn ook bereid informatie te delen. ‘Maak dat oplossingen gaan werken, dat geldt ook voor data in de openbare ruimte. Er zijn allerlei partijen die oplossingen bieden, maar daar hangen wel spelregels aan. Daarom is het goed dat lokale overheden in een vroeg stadium nadenken over de vraag van wie de digitale infrastructuur en de data zijn en hoe we daar mee omgaan.’ Eindhoven heeft samen met Amsterdam vier hoofdprincipes van de digitale stad opgesteld. Dit zijn ‘spelregels en principes’ waar overheid en bedrijven zich aan moeten houden, die worden inmiddels ook overgenomen door andere steden.

Als wethouder roep ik het Rijk op dit dossier te depolitiseren

De Haagse wethouder is blij in het regeerakkoord te lezen dat niet langer de auto centraal staat, maar de verplaatsing. Dit betekent wat hem betreft een einde aan de aparte potjes voor asfalt en rails. ‘Het regeerakkoord levert een goede bijdrage door de schotten weg te halen. Het infrastructuurfonds wordt straks ingezet op plekken om mobiliteitsproblemen op een duurzame manier op te lossen. Als wethouder roep ik het Rijk op dit dossier te depolitiseren. Dat doen de wethouders ook. Ik hoor VVD-wethouders pleiten voor meer en beter ov in plaats van auto’s. Een wethouder lost problemen op, die jaagt geen politieke ideologieën na.’

Gemeenten moeten allemaal werken aan een enorme schaalsprong van het openbaar vervoer en dat betekent ook bestande investeringsplannen heroverwegen. ‘Sta echt open voor nieuwe concepten. We moeten anders nadenken over mobiliteit en over hoe inwoners van de stad hun tijd doorbrengen terwijl ze zich verplaatsen.’

Gedragsverandering

Meer infrastructuur is volgens Van der Pas niet de oplossing, het gaat om beter vervoer, dus efficiënter, en anders reizen. ‘Dat laatste is nog het moeilijkst, het gaat hierbij om gedragsverandering. We weten allemaal hoe moeilijk het is om gedrag te veranderen. Schat daar de effecten maar eens van in.’

Ook is het nog lang niet duidelijk wat de effecten zijn van technische innovaties zoals automatisch rijden. Gemeenten moeten voorkomen dat er oplossingen worden bedacht waarvan bepaalde effecten niet wenselijk zijn en die vooraf voorkomen hadden kunnen worden. Van der Pas: ‘Veel zaken zijn onzeker, daarom proberen Eindhoven en de provincie al tot beleid te komen dat zich laat aanpassen op het moment dat zich een onverwachte situatie voordoet. Die adaptiviteit is wel belangrijk, we moeten mee kunnen bewegen met de veranderende maatschappij, markt en behoeften.’

Kwaliteit toevoegen

Oplossingen als een financiële prikkel om buiten de spits te rijden, ziet Revis slechts als tijdelijke noodgreep. Dat soort maatregelen kan geen permanente oplossing zijn. Belangrijker is kwaliteit toe te voegen in de steden door te zorgen voor betaalbare ééngezinswoningen voor doelgroepen als leraren en politieagenten. Het bijbouwen van woningen voorkomt verkeer richting de stad, een permante oplossing die beter werkt dan een prijsprikkel.

Wat betreft Revis geldt zijn verhaal niet puur voor de Randstad. Kijkend naar Eindhoven, het knooppunt Arnhem-Nijmegen of Zwolle leert dat in het hele land dezelfde problemen spelen. De accenten kunnen anders liggen, maar overal zijn mobiliteit en verdichting en bouwprogramma’s en bereikbaarheid niet los van elkaar te zien zijn. De schaal van het ov in Arnhem-Nijmegen bijvoorbeeld past totaal niet bij de bevolkingsdrukte. Ook daar is een schaalsprong wenselijk.

Deltaplan

Revis is tegen een deltaplan mobiliteit. Alles waar delta voor staat betekent volgens hem jaren vergaderen en plannen. ‘Laten we aan de slag gaan. Er gebeurt al veel, wethouders in de stad zijn een paar denkstappen vooruit, maar om het te laten gebeuren is druk nodig. Het Rijk toont bereidheid tot samenwerking en er is aandacht voor het feit dat bouwen, wonen en mobiliteit samengaan. Er staat iets in regeerakkoord, we hebben de samenwerking gevonden en de VNG staat klaar met ervaren wethouders en ideeën. Wijs de projecten aan en ga bouwen.’



Hoe ziet de toekomst eruit? Deze roadmap laat zien wat er volgens ambtenaren van de G5 allemaal mogeliijk is met smart mobility.

Bron: TU Eindhoven.