Nummer 2, 9 februari 2018 

Auteur: Paul van der Zwan | Beeld: © Jiri Büller 

Extra bevoegdheden voor burgemeesters om bijvoorbeeld integriteitsschendingen binnen de gemeente en ondermijnende criminaliteit te voorkomen, zijn volgens scheidend burgemeester Mirjam Salet (Nissewaard) niet nodig. ‘Je moet niet onnodig veel bij de burgemeester neerleggen.’ 


Een zilveren jubileum. Het is niet heel veel burgemeesters gegeven. Maar Mirjam Salet stapt in de zomer wel op na een kwart eeuw burgemeesterschap. Van 1993 tot 2000 was ze burgemeester van ’s-Gravendeel, waar ze onder meer de fusie voorbereidde met Binnenmaas. Daarop volgden zeven jaar in Hoogezand-Sappemeer, dat op 1 januari 2018 met Slochteren en Menterwolde opging in Midden-Groningen. In 2007 verruilde Salet het noorden van het land voor Spijkenisse, dat in 2015 met Bernisse fuseerde tot Nissewaard. ‘Alle betrokken gemeenten vinden dat ze er ook beter van zijn geworden. Schaalvergroting heeft hier goed gewerkt.’ 

U was al burgemeester in de tijd van het monisme. Wat heeft het dualisme u als burgemeester gebracht? 
‘Vlak na de invoering van het dualisme in 2002 vroegen mensen mij vaker dan voorheen of ik nu van de raad was of van het college. Er was merkbaar meer sprake van twee kampen. Ik moest me daardoor nadrukkelijker onafhankelijk opstellen. De polarisatie was in mijn ogen te sterk. De scherpe kantjes zijn er inmiddels wel af, het samenspel tussen raad en college verloopt veel plezieriger. Ik kan me overigens niet meer voorstellen dat ik het ooit normaal heb gevonden dat een wethouder in de raad meestemde over zijn eigen voorstel.’ 

De scherpe kantjes zijn eraf, waar blijkt dat uit? 
‘Je ziet op lokaal niveau eigenlijk een soort depolitisering. De invloed van landelijke partijen op de lokale politiek is sterk verminderd. Dat doet iets met het soort onderwerpen waar de raad over spreekt. De fracties zijn het over het grootste gedeelte van de onderwerpen wel eens, de discussie gaat dan over heel kleine verschillen. Vooral bij grote onderwerpen als herindelingen en de opvang van asielzoekers willen de fracties er graag onderling uitkomen. Dat heeft er onder meer mee te maken dat meer raads- en collegeleden tot lokale partijen behoren. De druk die bijvoorbeeld Kamerleden en Statenleden van een landelijke partij uitoefenen op hun lokale partijgenoten neemt per saldo af. Daardoor kan er meer aandacht zijn voor puur lokale onderwerpen. Dat is een voordeel.’ 

Is er ook een nadeel? 
‘Ja, wethouders en raadsleden ontmoeten daardoor minder vaak geestverwanten van andere bestuurslagen. Het kan niet anders dan dat je elkaar om die reden minder goed begrijpt.’ 

Hoezeer heeft u de omgangsvormen in de raad zien veranderen?  
‘De omgangsvormen in de raad liggen in het verlengde van de omgangsvormen in de maatschappij, die verruwen. De toon waarop inwoners zich uitlaten over bijvoorbeeld wethouders en raadsleden is veel scherper geworden. Die tendens sijpelt niet zelden door tot de raad.’

Ik heb het wantrouwen in de politiek zien toenemen

Mensen verwachten meer van de overheid

Waarin verschilt de manier van aankijken tegen veiligheid met de periode dat u net burgemeester was? 
‘Mensen verwachten meer van de overheid. Afgelopen zomer was er een brand hier vlakbij bij Esso, met veel roetuitstoot. Inwoners worden boos als ze niet binnen vijf minuten geïnformeerd worden. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu wil alleen gevalideerde informatie geven, maar daarmee neem je ook het risico dat eventueel verkeerde en via sociale media gedeelde informatie de overhand gaat nemen. Ik kies liever voor snel informeren op basis van wat ik weet met een zekere mate van onzekerheid. Overigens helpt die informatie van sociale media ons wel; er kan een dialoog ontstaan met de gebruikers ervan, en dat is alleen maar goed.’ 

Vergen de ontwikkelingen in de maatschappij en in het lokaal bestuur de komst van een gekozen burgemeester? 
‘Ik ben voor een direct gekozen burgemeester. Aan de andere kant worden burgemeesters het meest gewaardeerd als zij afstand hebben van het politiek bestuur. Ben je gekozen en heb je meer bevoegdheden, dan maak je als burgemeester deel uit van het politieke spel. Hoe dat precies gaat uitpakken, valt nu nog niet te voorspellen.’ 

Hoe staat de lokale democratie ervoor en wat zou er veranderd moeten worden? 
‘De lokale democratie staat er helemaal niet beroerd voor, alleen zou het weleens wat minder conventioneel mogen. We moeten inwoners er nog meer toe aanzetten om mee te praten zonder dat je van hen verwacht dat ze direct in comités gaan zitten. Dat kan door raadsleden meer als facilitator te laten optreden en bijvoorbeeld ook ambtenaren daarvoor in te schakelen en hen, nadat ze daartoe mandaat hebben gekregen, ook vaker naar buiten te laten gaan.’