De huidige 235 samenwerkingsverbanden in het primair onderwijs moeten opgaan in 75  regionaal begrensde samenwerkingsverbanden. Voor het voortgezet onderwijs geldt dat er 76 samenwerkingsverbanden gevormd worden. Alle denominaties gaan onder het bestuur van hetzelfde samenwerkingsverband vallen. Op dit moment bestaat een samenwerkingsverband uit regulier en speciaal basisonderwijs. Na 1 augustus 2012 wordt daar het speciaal onderwijs (clusters 3 en 4) bijgevoegd. Hetzelfde geldt voor het voortgezet onderwijs.

REC's verdwijnen
De regionale expertisecentra (REC’s) die verantwoordelijk zijn voor de indicatiestelling, verdwijnen daarmee ook. Voor de scholen van het speciaal onderwijs betekent dit dat zij geld moeten aanvragen bij het samenwerkingsverband. Elk samenwerkingsverband moet de vorm van een privaatrechtelijke persoon krijgen, waarvan het bestuur bestaat uit de betrokken bevoegd gezagsorganen.

Extra ondersteuning
De middelen voor extra ondersteuning voor het (v)so en leerling gebonden financiering (lgf) worden toegekend aan de samenwerkingsverbanden. Vanuit dit budget kunnen zij kosten voor extra ondersteuning (inclusief plaatsingen in het (v)so) betalen. Dit systeem vervangt de ‘open-eindemethode’. Om dit mogelijk te maken wordt er voortaan onderscheid gemaakt tussen basiskosten (vergelijkbaar met de gemiddelde kosten voor een reguliere leerling) en kosten voor extra ondersteuning.

Basisbekostiging
Elke school, ook (v)so-scholen, krijgt vanuit het Rijk de basisbekostiging per ingeschreven leerling. Aanvullend daarop is er een budget voor extra ondersteuning beschikbaar. Dit aanvullende budget wordt naar rato van het aantal leerlingen in het samenwerkingsverband, verdeeld over de samenwerkingsverbanden. Op deze manier heeft ieder samenwerkingsverband relatief evenveel middelen voor extra ondersteuning.

Verevening
Dat is anders dan de situatie vóór de invoering van passend onderwijs waarin de middelen voor extra ondersteuning ongelijk verdeeld zijn over het land. Deze verandering heet verevening. Omdat de verevening herverdeeleffecten met zich meebrengt, is er een overgangsregeling. Met deze regeling groeit uw regio in 5 jaar tijd naar het nieuwe budget toe.