Nummer 6, 6 april 2018
Auteur: Leo Mudde | Beeld: Gemeente Rheden
Gemeenten die nog worstelen met het schrijven van een college- dan wel raadsprogramma voor de komende vier jaar, kunnen inspiratie putten uit de Global Goals, de zeventien duurzame ontwikkelingsdoelen van de Verenigde Naties die ervoor moeten zorgen dat de wereld er in 2030 beter voorstaat dan nu.
Vorige maand, kort voor de gemeenteraadsverkiezingen, deden 31 lokale bestuurders een oproep aan alle raden en de nieuw te vormen colleges om de Global Goals te gebruiken als ‘referentiekader’ voor dat programma. Een van de ondertekenaars was wethouder Ronald Haverkamp van Rheden. Zijn gemeente werd begin dit jaar uitgeroepen tot de ‘Meest veelbelovende gemeente voor Global Goals 2018’. Omdat, zo stond in het juryrapport, Rheden de Global Goals in de hele breedte van de gemeente aanpakt.
Het is snel gegaan in Rheden. In 2016 woonde directeur Frank Landman een congres bij van VNG International waar een presentatie over de Global Goals werd gegeven. De gemeentelijke organisatie zat op dat moment in een groot veranderingstraject. De oude structuur, met schotten tussen de verschillende domeinen, moest een omslag maken naar integraal, resultaatgericht, flexibel en projectmatig werken. Het zoeken was naar een overkoepelend thema waaronder de transformatie kon worden gerealiseerd.
Landman: ‘Ik vond dat verhaal over de Global Goals heel interessant, maar dacht dat het mogelijk te abstract voor gemeenten zou zijn. Tot iemand me vertelde dat het juist is bedoeld om lokaal in te vullen. Toen zag ik het als een prachtige kans voor de doorontwikkeling van de organisatie naar een netwerkorganisatie met partners binnen en buiten de gemeente. De wereld houdt immers niet op bij de gemeentegrens van Rheden.’
Perfecte onderlegger
Landman keek in de lijst met zeventien doelen naar een gemeentelijk thema dat niet door de Global Goals wordt afgedekt, maar trof er geen aan. De ontwikkelingsdoelen bleken een perfecte onderlegger voor het gemeentelijk beleid. Daarvan was niet alleen Landman overtuigd, maar ook het college, het managementteam en alle medewerkers. ‘Ik heb geen enkele weerstand gezien.’
Ik dacht dat de Global Goals voor gemeenten te abstract zouden zijn
Onlangs stelden B en W van Rheden het inrichtingsplan Van Beter naar Best van de gemeentelijke netwerkorganisatie vast. Onder verwijzing naar de oproep van de VNG aan gemeenten om invulling te geven aan de Global Goals, staat daarin letterlijk: ‘We heffen de domeinen op en organiseren onze inhoud op basis van de Global Goals’. Duidelijker kan niet.
Nog los van de betrokkenheid van de medewerkers bij de Global Goals, dringt het ook buiten het gemeentehuis door dat het Rheden ernst is. Zo komt de rapper Jermain Bridgewater naar de Gelderse gemeente om met de plaatselijke jeugd in workshops te rappen over de ontwikkelingsdoelen in het kader van de Global Goals Rap Challenge. De grote finale van de workshops wordt gehouden in de raadzaal van het gemeentehuis in het dorp De Steeg. In dat gemeentehuis werd vorige week ook het landelijk congres Sustainable Development Goals: u ontkomt er niet aan gehouden.
Onderwijsinstellingen
Met onderwijsinstellingen en ondernemers werkt de gemeente aan de indaling van de Global Goals in de samenleving. Zo worden op de scholen speciale dagen en prijsvragen georganiseerd en samen met hogeschool Van Hall Larenstein is een lectoraat Duurzame ontwikkelingsdoelen in het leven geroepen om de Global Goals te implementeren in het onderwijsaanbod. Ook het bedrijfsleven is met de doelen aan de slag gegaan. Recent boog de Ondernemers Club Rheden zich nog over het thema op een speciaal daarvoor georganiseerde avond.
Voor Landman vielen de puzzelstukjes in elkaar. Zijn min of meer toevallige kennismaking met de Global Goals, de urgentie van een organisatieverandering, de verduurzamingsopdracht waarvoor de gemeente zich ziet gesteld – het heeft er samen voor gezorgd dat er in de gemeente een nieuw elan is ontstaan.
Het gebruik van de Global Goals als middel om andere doelen te realiseren klinkt instrumenteel, maar er zit voor Landman ook een ideologische component aan. ‘Ik word persoonlijk geïnspireerd door het Afrikaanse concept van ubuntu dat draait om toewijding en relaties tussen mensen onderling: het individu zet zich in voor de groep en groep voor het individu.’
Lokaal voor mondiaal
Rheden is geen Afrika, maar het principe van ubuntu geldt ook voor de Global Goals waar lokaal zich inzet voor mondiaal, en andersom, stelt Landman. Maar ook onderling, tussen gemeenten. En dan vooral op basis van gedeelde onderwerpen. ‘Nu werken gemeenten in regio’s samen, maar onze problemen zijn vaak andere dan die van Arnhem. Ik hoop dat dankzij Global Goals netwerken ontstaan van gemeenten die voor dezelfde opgaven staan, dat kan zomaar Purmerend of Appingedam zijn als het gaat om bijvoorbeeld de circulaire economie. De huidige samenwerkingsverbanden kennen minder logica, behalve vooral een geografische. Dat kan veel beter.’
Je moet er als bestuurder wel iets mee hebben
Van de 380 gemeenten zijn er ongeveer 50 actief aan de slag met de Global Goals. Dat colleges ze opnemen in hun programma’s is prachtig, maar het halen van de doelen vergt meer tijd dan de vierjarige zittingsperiode. Zeker drie opeenvolgende colleges zullen ermee aan de slag moeten, het is een kwestie van lange adem. Daarom is een goede inbedding in de organisatie zo belangrijk, zegt Hugo von Meijenfeldt van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Hij is coördinator van de implementatie van de Global Goals in Nederland en reist onvermoeibaar stad en land af om het belang ervan onder de aandacht te brengen van bedrijven, maatschappelijke organisaties en, niet in de laatste plaats, gemeenten.
Er valt iets voor te zeggen om in de nieuwe colleges de burgemeester verantwoordelijk te maken, beaamt hij, omdat die de stabiele factor is en niet iedere vier jaar na een verkiezing kan worden weggestuurd. Maar het is sterk persoonsgebonden. Je moet er als bestuurder wel iets mee hebben, het moet bij je passen. In Oss, de Meest inspirerende Global Goals-gemeente van het jaar, speelt de burgemeester een heel nadrukkelijke rol en is een goede ambassadeur, maar een betrokken en gemotiveerde wethouder kan dat ook zijn.
‘Duurzaamheid’ wordt vaak gelijkgesteld aan het milieu en het klimaat. Dat is volgens Von Meijenfeldt een ‘begrijpelijke’ misvatting. Het was immers de milieubeweging die als eerste kwam met een samenhangend verhaal over de toekomst van de wereld. Maar het gaat over de samenhang tussen de 3 P’s, people, planet, profit. Daarom is samenwerking, ook op lokaal niveau, met bedrijven zo belangrijk, zegt Von Meijenfeldt.
Unieke middelen
Hij wijst ook op de effecten van beleid die gemeentegrenzen overstijgen. Als de Randstad grote stappen vooruit kan maken, heeft dat uitstraling naar het landelijk gebied. ‘Vorig jaar was Utrecht een lichtend voorbeeld van een grote gemeente die succesvol beleid kan maken, als je het maar integraal aanpakt.’
Gemeenten zijn afhankelijk van hun netwerkpartners, weet hij. Maar ze kunnen wel het initiatief nemen omdat ze machtige, unieke middelen hebben om iets voor elkaar te krijgen, zoals wetgeving, het opstellen van bestemmingsplannen en belastingheffing. Dat gemeenten dat liever niet doen omdat ze bang zijn voor negatieve reacties uit de samenleving, is koudwatervrees. Von Meijenfeldts ervaring is dat ondernemers dat helemaal niet erg vinden, zolang het maar voor iedereen geldt en er sprake is van een gelijk speelveld.