Nummer 3, 23 februari 2018

Auteur: Leo Mudde | Beeld: © Shutterstock

De lange rijen platanen waar de Franse wegen zo beroemd om zijn, zouden zijn geplant op last van keizer Napoleon. Zijn soldaten moesten in de schaduw kunnen marcheren, vond hij, om uitgerust slag te kunnen leveren. Als het verhaal klopt, was Napoleon overtuigd van de gevaren van hittestress: hoge temperaturen die leiden tot minder comfort, slaapverstoring, gedragsverandering en verminderde productiviteit. Daar win je geen oorlog mee, moet hij gedacht hebben.

 

 

 


Zuid-Europese stedenbouwers hielden al ver vóór Napoleon rekening met hittestress. De middeleeuwse stadjes in Italië en Spanje worden gekenmerkt door smalle straten met hoge gebouwen, waar zonlicht amper doordringt. De huizen hebben dikke muren en kleine ramen, op de pleinen staan vaak verkoelende fonteinen. Overdag koel, en ’s avonds blijft het nog lang aangenaam omdat de warmte lang blijft hangen.
Vergelijk dat met Nederland, waar de zon in de stad alle ruimte krijgt en de gevels van woningen soms helemaal uit glas bestaan. Als de zon schijnt, moet daar ook zo veel mogelijk van worden geprofiteerd, is hier de gedachte.
Maar die lijkt achterhaald. De temperatuur stijgt, volgens alle klimaatscenario’s van het KNMI. Hittegolven zullen in de toekomst vaker voorkomen en het aantal uren met zogenoemde hittestress zou in 2050 kunnen verdubbelen. Dat raakt direct aan de gezondheid van de bevolking. Toen in 2003 Europa werd getroffen door een hittegolf, overleden in Parijs fors  meer mensen. Op één piekdag werden vierhonderd sterfgevallen geregistreerd, tien keer zo veel als op een gewone dag. 
Van hittestress is al sprake wanneer de gevoelstemperatuur boven de 23 graden komt. Het verschijnsel beperkt zich niet tot de grotere steden met hun drukke binnensteden, vol verkeer en activiteiten die warmte uitstoten. Volgens klimaatonderzoeker Reinder Ronda van het KNMI treedt opwarming van de omgeving ook op in kleine dorpen, als er maar een verhard oppervlak van een bepaalde grootte is. Een dorpsplein of een winkelcentrum kan ook een ‘warmte-eiland’ zijn. De sky view factor is bepalend: zie je, liggend op je rug, veel lucht dan is die factor hoog, zie je weinig lucht maar veel bebouwing dan is die factor laag. Het verklaart waarom het platteland rond een stad ’s avonds sneller afkoelt dan de stad zelf, omdat daar de warmte sneller kan ontsnappen.

Zeeklimaat
Hoe groot het probleem van de hittestress is, is voor Nederland nog niet uitputtend onderzocht. Ronda: ‘Met ons gematigd zeeklimaat was daar ook geen aanleiding voor. In Duitsland bijvoorbeeld is wel veel onderzoek gedaan. Hier is in 2008 de universiteit van Wageningen begonnen met een serieuze analyse van de gegevens van onze weerstations en daaruit blijkt dat de temperatuur op warme dagen in kleine dorpen tot wel 3 graden hoger kan liggen dan in de omgeving, in de stad zelfs 5 tot 8 graden hoger.’ Waarbij hij aantekent dat het van dag tot dag kan verschillen, waarbij het nogal uitmaakt of het waait of windstil is, bijvoorbeeld.

Ernstige gevolgen
Voor mensen met een redelijke conditie zal hittestress niet veel meer betekenen dan een verminderd comfortabel gevoel. Maar voor ouderen, kleine kinderen en mensen met een hartkwaal kunnen de gevolgen wel degelijk ernstig zijn. Ronda: ‘Elke graad stijging in een lange hittegolf leidt tot dertig doden meer per week, blijkt uit de cijfers. Dan zijn dat alleen nog de doden van die week, de mensen die een paar dagen of weken later sterven als gevolg van de hitte zitten daar nog niet bij.’
Er is reden genoeg voor gemeenten om, juist met het oog op de gezondheid van hun inwoners, bij het ontwerpen en inrichten van de ruimte rekening te houden met het toenemend aantal zeer warme dagen. Dat kan soms betrekkelijk eenvoudig. De Deense stad Roskilde plaatst in de brede winkelstraten grote, verticaal staande beplante schermen waar het winkelend publiek tussendoor loopt. Marseille overkapte een deel van het oude havengebied met een grote spiegel van duizend vierkante meter die niet alleen de wandelaar beschermt tegen de zon, maar dankzij het spiegeleffect ook zorgt voor een heel andere uitstraling van de ruimte.

Normen
In Trouw pleitte onderzoeker Gert-Jan Steeneveld van Wageningen University Research (WUR) deze zomer nog voor het invoeren van normen voor hitte in stedelijke gebieden, vergelijkbaar met de huidige normen voor luchtkwaliteit. Steeneveld: ‘We werken nu met het nationaal hitteplan van het RIVM, maar dat gaat niet veel verder dan een advies om een beetje op elkaar te letten als het erg warm is. Zoals steden nu de fijnstofconcentraties monitoren, kunnen ze dat ook doen met de hitte.’
Maar, voegde hij daar in Trouw direct aan toe: dat heeft alleen zin als er uitzicht is op verbetering van de situatie. Hier komen de gemeenten en stedenbouwkundigen in beeld. Zij kunnen zorgen voor vergroening van de steden, voor ander bouwmateriaal, aanleg van waterpartijen, voor minder warmtevasthoudende straatstenen en beton.

Elke boom gaat ten koste van iets anders

Bomen planten, antwoorden Ronda en Steeneveld unisono op de vraag welke maatregel het effectiefst is. ‘Bomen zorgen voor verkoeling doordat ze water verdampen en daardoor de hitte afvoeren. Bovendien geven ze schaduw.’
Zij weten ook wel dat het planten van bomen niet zonder slag of stoot gaat. Tweehonderd jaar geleden kon Napoleon zijn platanen nog bij decreet laten plaatsen, nu moeten bomen met andere voorzieningen concurreren om de schaarse ruimte. Elke boom gaat ten koste van iets anders: een speelplek, een parkeerplek of een bouwkavel. En als er dan al wordt besloten tot het planten van bomen, dan moet rekening worden gehouden met gemopper van omwonenden die overlast vrezen van vogels, of hun lichtinval kwijtraken. 
Gelukkig zijn bomen niet de enige manier om hittestress tegen te gaan. Groen in het algemeen is goed, ook gras absorbeert warmte. Steeneveld: ‘Maar als er een hittegolf is, kunnen bomen dankzij hun diepe wortels langer doorgaan met verdampen van grondwater dan gras, dat er al snel verdord bij ligt. Maar groene daken en meer gras in plaats van tegels in tuinen, is prima.’
Waterpartijen zorgen overdag voor afkoeling. Nadeel daarvan is dat water ’s avonds de warmte vasthoudt waardoor het netto-effect niet zo groot is. Zeker tijdens een langer durende hittegolf slaat het water warmte op waardoor de stad ’s avonds of na afloop van de hittegolf nog lang warm blijft. Een fontein daarentegen zorgt wel voor verkoeling. Als het om de bebouwde omgeving gaat, is isolatie altijd goed. Een goed geïsoleerde woning houdt ’s winters de warmte vast en ’s zomers houdt ze de warmte buiten. Als je tenminste niet het raam of de deur openzet.
Het KNMI en de WUR werken nauw samen in onderzoek naar de gevolgen van de temperatuurstijging in stedelijke gebieden. Ze kunnen nu tot op postcodeniveau aangeven welke temperatuur de volgende dag wordt verwacht, rekening houdend met de omgeving. Ronda: ‘Gemeenten kunnen op basis daarvan al maatregelen nemen, bijvoorbeeld als het om kwetsbare wijken gaat met veel seniorenwoningen of kinderdagverblijven.’

Hoe om te gaan met hittestress?

Alle gemeenten moeten uiterlijk in 2019 een stresstest uitvoeren om te zien of zij voorbereid zijn op de klimaatverandering. In de publiciteit om die stresstest gaat het vooral over het opvangen en afvoeren van grote hoeveelheden water, maar hittestress hoort daar ook bij.

Daarnaast zouden gemeenten volgens Reinder Ronda en Gert-Jan Steeneveld vol moeten inzetten op vergroening van de stedelijke ruimte. ‘Wijken die nu niet groen zijn, moet je groen maken.’
Belangrijk is volgens hen ook, de inwoners erbij te betrekken. Bijvoorbeeld door ze te stimuleren hun tuinen zo groen en zo open mogelijk te houden.
Ten slotte, als je een nieuwe wijk laat ontwerpen: laat je inspireren door de mediterrane stadjes met hun smalle, schaduwrijke straatjes.