Nummer 17, 3 november 2017
Drie vragen aan... Ben Abbing, voorzitter LKOG
Auteur: Leo Mudde
Seksuele intimidatie komt ook bij gemeenten voor. De #MeToo-beweging kan bijdragen aan het bespreekbaar maken hiervan binnen de organisatie, zegt voorzitter Ben Abbing van de Landelijke Klachtencommissie Ongewenst Gedrag voor de Decentrale Overheid (LKOG).
Komt seksuele intimidatie bij gemeenten even vaak voor als bij andere organisaties, en om welke vormen gaat het dan?
‘Gemeenten zijn organisaties als elke andere. Van gemeentelijke vertrouwenspersonen horen we wel dat het regelmatig voorkomt. In 2016 kregen we twee klachten over seksuele intimatie, dit jaar tot nu toe nog geen enkele. Maar dat betekent niet dat het niet gebeurt. Het LKOG is het allerlaatste station, vóór mensen bij ons komen is de interne procedure al gevoerd. Bij seksuele intimidatie is een organisatie geneigd snel in te grijpen, dan komt het vaak niet tot een klacht. Er is ook veel aarzeling bij medewerkers om een klacht in te dienen, omdat het om één-op-éénsituaties gaat. Mensen hebben dan toch angst voor de gevolgen.
‘Van alle klachten over ongewenst gedrag gaat een kwart tot een derde over seksuele intimidatie. Meestal betreft het ongewenste aanrakingen, dubbelzinnige opmerkingen, in die sfeer. Als het echt om aanranding of verkrachting gaat, komt al snel de politie in beeld. Dat bereikt ons dan niet.’
Is bij dergelijke één-op-éénsituaties sprake van ongelijkwaardige verhoudingen, of betreft het meestal directe collega’s?
‘Onze indruk is dat het altijd gaat om ongelijkwaardige posities. Wanneer je wordt lastiggevallen door een collega, is het eerder bespreekbaar. Als je er dan iets van zegt, heeft dat geen gevolgen voor je positie. Maar gaat het om je chef, dan kan dat wel gevolgen hebben, dan zijn mensen minder snel geneigd om voor zichzelf op te komen.
‘In dat opzicht kan de #MeToo-beweging nuttig zijn. Het maakt collega’s bewust dat seksuele intimidatie op de werkvloer niet mag voorkomen, hierdoor zullen ze mogelijk sneller in actie komen. #MeToo maakt het bespreekbaar. Het kan een aanleiding zijn om nog eens te communiceren wie de vertrouwenspersoon bij de gemeente is. Het houdt ook het management scherp, #MeToo maakt het gemakkelijker om in het werkoverleg seksuele intimidatie nog eens in algemene zin aan de orde te stellen.
‘Overigens kennen wij geen gevallen waarbij wethouders, burgemeester of raadsleden waren betrokken. De klachten die bij ons terechtkwamen, gingen altijd over de ambtenaren.’
Hoe kun je, als collega of leidinggevende, herkennen dat er sprake is van ongepast gedrag?
‘Dat is moeilijk. Als iemand zich anders gaat kleden, zich vaker ziek meldt, stiller wordt op het werk, niet meer meegaat met personeelsuitjes of naar een vrijdagmiddagborrel, allemaal signalen die erop kunnen duiden dat iemand zich ongemakkelijk voelt bij het gedrag van een collega. Maar een gesprek daarover aangaan is lastig. Daarom is het belangrijk dat het bespreekbaar wordt gemaakt, de gemeentesecretaris is daarvoor de aangewezen persoon.
‘Als LKOG kijken we tegenwoordig ook breder dan alleen naar de klacht. Tijdens een onderzoek komen we ook zaken in de organisatie tegen die voor verbetering vatbaar zijn. Daarover adviseren we gemeenten ook, die waarderen dat. Die verbeterpunten kunnen bijdragen aan een effectievere aanpak van dit soort onderwerpen.'