VNG Magazine nummer 18, 22 november 2019
Auteur: Rutger van den Dikkenberg
In de strijd om goede medewerkers te vinden en te houden, is het vaste contract een goed wapen, zegt de Amersfoortse wethouder Kees Kraanen. Niet alleen om de werknemer meer zekerheid te geven, maar ook om de continuïteit van de gemeentelijke organisatie te waarborgen.

In Amersfoort heeft zo’n 80 procent van de bijna duizend formatieplaatsen een vaste baan. De inzet van de gemeente is om zo veel mogelijk personeelsleden een vast contract te geven, zegt wethouder Kees Kraanen (VVD), onder meer verantwoordelijk voor de gemeentelijke organisatie. Dat helpt zowel de medewerker als de gemeente.
De komende jaren gaan zo’n tweehonderd collega’s met pensioen. Amersfoort heeft daardoor een grote behoefte aan nieuwe medewerkers. ‘We willen een aantrekkelijke werkgever zijn voor jonge ambtenaren’, zegt Kraanen. ‘Daar hoort een vast contract bij. We zetten daarom in op zo veel mogelijk mensen in vaste dienst, maar mensen moeten zich natuurlijk wel eerst bewijzen.’
Vast en flex
De afgelopen jaren is er veel beweging geweest in de discussie over vaste en flexibele contracten. Het aantal flexibele werknemers nam de afgelopen vijftien jaar toe van 1,1 miljoen naar bijna 2 miljoen, blijkt uit cijfers van het CBS en TNO. Het gaat om mensen die op zzp-basis werken, een tijdelijk contract hebben, al dan niet met zicht op vast, of als oproep- of uitzendkracht werken.
Daar staat tegenover dat het aantal flexwerkers dit jaar voor het eerst iets afneemt, terwijl het aantal mensen met een vaste baan fors stijgt. De goedlopende economie speelt daarin een rol: werkgevers, ook gemeenten, moeten net als Amersfoort vechten om goed personeel.
Een deel van de nog altijd grote groep zelfstandigen, met name in het hogere segment, kiest zelf voor een bestaan als zzp’er. Maar een groot deel kiest niet zelf voor een tijdelijk contract en ondervindt vooral de nadelen van de onzekerheid van een flexibel werknemerschap. Zo is het moeilijk een hypotheek te krijgen. Het kabinet probeerde met wetgeving het tij te keren; in januari komt een commissie van arbeidsrechtdeskundigen, onder leiding van oud-topambtenaar Hans Borstlap, met een belangrijk advies.
Nieuwe spelregels
Die aanbevelingen zijn ook voor overheidsmedewerkers interessant. Op 1 januari treeft de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (Wnra) in werking. Die leidt ertoe dat overheidsmedewerkers onder dezelfde arbeidsrechtregels komen te vallen als medewerkers in de marktsector. En dus geldt de nieuwe Wet arbeidsmarkt in balans (Wab), die ook op 1 januari ingaat, ook voor de overheid. Die wet bevat een aantal nieuwe spelregels die het gebruik van flexibele contracten moeten ontmoedigen (zie kader).
De Wnra kwam er mede op initiatief van Fatma Koser Kaya. De D66’er diende het voorstel als Tweede Kamerlid in, en is nu wethouder in Amersfoort. Een directe collega van Kraanen. ‘Maar ik heb Fatma hier niet over gehoord,’ zegt hij lachend.
Die nieuwe spelregels zijn nodig, ook voor gemeenten, zegt hoogleraar arbeidsrecht Evert Verhulp van de Universiteit van Amsterdam. Gemeenten hebben lang gekozen voor flexibele arbeid, bijvoorbeeld in payrollconstructies waarbij ze het feitelijke werkgeverschap uit handen gaven. Verhulp: ‘Gemeenten zijn niet de beste werkgevers geweest, omdat ze met publiek geld te maken hebben en op de kosten moesten letten.’
Hij ziet echter een omslag. ‘Gemeenten moeten als werkgever het beste jongetje van de klas zijn,’ zegt hij. ‘Ze hebben een voorbeeldfunctie. Inmiddels zijn gemeenten wel doordrongen van het feit dat goed werkgeverschap van belang is. Dat doet me deugd. Dat is een mentaliteitsverandering. Als je mensen arbeidsrechtelijk niet goed behandeld, raak je ze kwijt.’
Ook in Amersfoort heeft niet iedereen een vast contract: 20 procent werkt bijvoorbeeld op inhuurbasis, als uitzendkracht of als projectleider op zzp-basis. ‘We willen altijd gebruikmaken van een flexibele schil’, zegt wethouder Kraanen. ‘Zo kunnen we snel anticiperen op werkzaamheden. Het kan dan gaan om tijdelijke projecten.’
Basis
Maar een vast contract moet dus de basis zijn in Amersfoort. Dat is overigens niet alleen een werkgeverskwestie, maar ook een politieke. De gemeenteraad vindt dat ook belangrijk. ‘Er zijn partijen in de raad die vinden dat we naar 100 procent vaste krachten moeten.’
Nieuwe medewerkers krijgen in de regel in Amersfoort eerst een jaarcontract, maar de lijn is dat ze na dat jaar een vaste baan krijgen, als er structureel werk is.
Dat is niet alleen goed voor de werknemer zelf, zegt Kraanen. ‘Mensen moeten zekerheid hebben en verplichtingen kunnen aangaan op de huizenmarkt.’ Ook voor de continuïteit van de bedrijfsvoering is de vaste baan een wapen van belang en een goede mogelijkheid om mensen voor lange periode aan je organisatie te binden. ‘Het is geen goed signaal naar je mensen als van de twaalf mensen in een team er vier zijn met een inhuur- of payrollcontract. Zij zullen blijven kijken of ze ergens anders aan de slag kunnen. Maar voor een team is het niet goed als de bezetting steeds wisselt. Zeker niet nu we weten dat we de komende jaren zoveel vacatures hebben. Je moet een goed werkgever zijn.’
Ontslagrecht
De nieuwe arbeidsregels die op 1 januari in werking treden, maken het onder meer eenvoudiger om werknemers te ontslaan. Het vermeende starre ontslagrecht zou een reden zijn voor organisaties om werkenden geen vast contract te bieden. Kraanen, die ook lid is van het College voor Arbeidszaken van de VNG, heeft ‘geen geluiden’ gehoord dat gemeenten om die reden mensen geen vaste baan geven. ‘Ik heb dat niet voorbij zien komen. En ik wil als Amersfoort ook niet zo’n werkgever zijn. Zo moet je niet met mensen omgaan. Het is helemaal niet erg als mensen een vaste baan hebben, integendeel zelfs.’
Verschillen ambtenarenrecht en civiel arbeidsrecht
Op 1 januari 2020 gaan twee arbeidswetten in die samen een aantal veranderingen meebrengen voor de rechtspositie van ambtenaren. De Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (Wnra) en de Wet arbeidsmarkt in balans (Wab).
Een aantal verschillen. Met de eerste wet worden de meeste arbeidsmarktregels voor ambtenaren gelijkgetrokken met die van werknemers in de marktsector. De tweede wijzigt een aantal regels over het gebruik van vaste en flexibele arbeid.
- De regels voor ontslag wijzigen. Ambtenaren kunnen hun ontslag nu nog achteraf aanvechten, eerst bij de werkgever zelf, daarna bij de rechter. In de nieuwe situatie moet de kantonrechter of het UWV vooraf toestemming geven. De Wab voegt daarbij nog een ontslaggrond toe die het mogelijk maakt bestaande ontslaggronden te combineren. Dat maakt ontslag eenvoudiger.
- Flexibele werknemers krijgen vanaf 1 januari al na de eerste dag werk recht op een ontslagvergoeding, de ‘transitievergoeding’ in jargon.
- Tot 2016 mochten werknemers drie jaarcontracten op een rij hebben, alvorens recht ontstond op een vaste baan. De afgelopen jaren was die termijn verkort naar twee jaar, maar vanaf januari zijn het er toch weer drie.
- Werknemers op een payrollcontract hebben recht op ten minste dezelfde arbeidsvoorwaarden als collega’s die rechtstreeks bij de werkgever in dienst zijn.