Nummer 5, 23 maart 2018
Hoe bent u eigenlijk aan uw zetel gekomen? Of als u uw zetel bent kwijtgeraakt: was dat dan uw eigen schuld omdat u onpopulaire maatregelen hebt gesteund? Stemmen burgers wel op basis van lokale issues en personen, of wordt hun partijvoorkeur vooral gedreven door nationale issues? Als u bij een lokale partij zit, was de steun voor uw partij dan gebaseerd op uw standpunten en kandidaten? Bij het schrijven van deze column weet ik het opkomstpercentage nog niet, maar de trend bij de afgelopen twee raadsverkiezingen was verwarrend: de opkomst bleef op 54 procent steken (dus weinig interesse voor lokale politiek), maar lokale partijen groeiden (dus steun voor lokale politiek).
De uitslag van woensdag is sterk beïnvloed door nationale factoren, zowel inhoudelijk als op het niveau van de spelers. Net als bij de Tweede Kamerverkiezingen in 2017 domineerden ook nu de schreeuwers en is er – vooral bij de landelijke pers – weinig aandacht voor het gematigde en meer inhoudelijke midden. In 2017 vroegen alle journalisten waarom Nederland een ‘Tweede Trump’ als premier ging kiezen. Als ik dan zei ‘dat gaat niet gebeuren’ gingen de microfoons en camera’s uit. Journalisten wilden maar één verhaal horen. Ook nu ligt de focus vooral op de nieuwe ‘ontwrichter’ van de traditionele Nederlandse consensusdemocratie.
Lokale affiniteit en betrokkenheid zijn wel degelijk van belang
Gelukkig prikt het grootste deel van de kiezers door die obsessie van journalisten heen en – hoewel nationale partijvoorkeuren en issues een rol spelen – zijn lokale affiniteit en betrokkenheid wel degelijk van belang. Er is een lokale politieke dynamiek, maar die loopt dwars door een nationale logica heen.
Die lokale verkiezingslogica gaat ongeveer zo: allereerst is de kans dat iemand gaat stemmen groter naarmate iemand meer lokale politieke kennis en interesse heeft. Veel van die kiezers hebben sterke partijvoorkeuren, vooral gebaseerd op nationale factoren. Omdat kiezers met een lagere ‘politieke sofisticatie’ wegblijven, hebben deze goed geïnformeerde kiezers relatief veel invloed. Maar dat heeft ook voordelen gehad: lokale campagnes hebben meer effect bij mensen die goed opletten. U heeft dus ook deels zelf stemmen gewonnen (of verloren). Natuurlijk kon u kiezers met uw lokale campagne niet totaal anders laten denken, maar geïnteresseerde kiezers werden wel degelijk overgehaald (of juist afgeschrikt) om naar uw partij te switchen en af te wijken van hun ‘nationale stem’.
Ondanks de winst op de flanken zullen de partijen die het ongenuanceerde geschreeuw hebben genegeerd uw stad of dorp gaan besturen. Die partijen hebben kiezers gewoon aangesproken op lokale issues en dieperliggende politieke overtuigingen. Zij focusten op de inhoud en dat trekt kiezers. Nu bent u de hoeder van onze traditionele pragmatische en gematigde consensusdemocratie. Die moeten we niet laten ontwrichten door conflict en polarisatie. Maar u moet ook de kiezers van de flank-partijen proberen terug te winnen. Op inhoud. Op prestaties. En het geschreeuw blijven negeren.
André Krouwel is politicoloog VU en wetenschappelijk directeur Kieskompas, andre.krouwel@vu.nl, @AndréKrouwel