VNG Magazine nummer 18, 22 november 2019

Auteur: Jeroen Ooijevaar, wethouder Schiedam

De afspraken uit de Raamovereenkomst Verpakkingen dwingen gemeenten te kiezen voor voor- of nascheiding. Dat komt de realisatie van afvaldoelen niet ten goede, schrijft wethouder Jeroen Ooijevaar.
 

Wethouder Jeroen Ooijevaar van Schiedam

Op 29 november besluit de VNG op de Buitengewone Algemene Ledenvergadering over nieuwe afspraken over de afvalinzameling, die zijn vastgelegd in de Raamovereenkomst Verpakkingen.

De gemeente Schiedam heeft in 2017 het beleidsplan Afval the Challenge vastgesteld. Daarmee streven we naar meer bewustzijn, actievere afvalpreventie en afvalscheiding en een drastische teruggang in het aantal kilo’s restafval. En met succes. Niet alleen realiseert Schiedam hiermee goede milieuresultaten, ook is het gelukt de stijging van de verbrandingsbelasting, die sinds vorig jaar bijna is verdrievoudigd, op te vangen binnen de afvalbegroting.
Schiedam heeft een woningvoorraad en bevolkingssamenstelling die vergelijkbaar is met die van bijvoorbeeld Rotterdam. Schiedam bestaat voor zo’n 80 procent uit hoogbouw en gesloten bouwblokken. Daar wordt afval ingezameld met ondergrondse containers voor plastic, metaal en drankkartons (pmd), glas, papier, groente-, fruit- en etensresten (gfe), textiel en restafval. Daarnaast kiezen we in hoogbouwgebieden voor nascheiding om tot een hoger scheidingspercentage te komen. In buurten met laagbouw worden grondstoffen aan huis opgehaald. Restafval wordt daar juist verzameld in ondergrondse containers in de wijk. Het omgekeerde dus van wat gebruikelijk is.

Schiedams afval gaat naar onze verwerker, die alsnog een deel van de grondstoffen weet terug te winnen uit restafval. De belangrijkste grondstof in dit proces is pmd, circa tien kilo per persoon. Bijkomend voordeel is dat per persoon jaarlijks ook nog eens tachtig kilo organisch materiaal worden nagescheiden. Dat hoeft dus niet de afvaloven in. Ons beleid van een combinatie van voor- en nascheiding leidt er dus toe dat niet alleen PMD beter wordt gescheiden, maar ook andere grondstoffen beter en bewuster apart worden ingezameld.
Ter illustratie: de hoeveelheid restafval is in Schiedam zo’n 25 procent lager dan bij gemeenten met een vergelijkbare stedelijkheid. Dat geldt ook voor het afvalscheidingspercentage: in Schiedam 58 procent tegenover 42 procent bij vergelijkbare gemeenten. Verder scheiden Schiedammers gemiddeld 69 kilo papier, pmd, textiel en gfe; ongeveer anderhalf keer zo veel als buurgemeenten. Het beeld bestaat dat binnen grootstedelijke gebieden de samenstelling en inrichting van de stad afvalscheiding onmogelijk maken. De resultaten van Schiedam bewijzen het tegendeel!

In de nu voorliggende ketenovereenkomst is geen ruimte voor het combineren van voor- en nascheiding op buurtniveau. Het moeten kiezen voor een van de twee systemen leidt in het geval van Schiedam tot een lastig dilemma. Kiezen we voor alleen nascheiding, dan zullen we nooit het bewustzijn bij onze inwoners kweken over afval als grondstof en staan we verder van een circulaire economie. Met nascheiding kunnen bovendien niet alle grondstoffen worden gered, waardoor de doelstelling van nul kilo restafval in 2050 niet wordt gehaald.

Bij nascheiding zullen we nooit het bewustzijn kweken over afval als grondstof

Kiezen we voor alleen voorscheiding, dan leidt dat in de hoogbouw tot minder afvalscheiding. Bovendien lopen we dan de ‘bijvangst’ van nascheiding mis: ook de inerte materialen en het organisch materiaal verdwijnen de verbrandingsoven in.
Zouden we kiezen voor alleen voorscheiding in de laagbouw en alleen nascheiding in de hoogbouw, dan creëren we een tweedeling die door de fysieke samenstelling van sommige wijken niet strikt te realiseren is.
De overeenkomst moet mogelijkheden bieden voor maatwerk op wijk- en buurtniveau. Schiedam staat voor vermindering van de hoeveelheid restafval en wil daar samen met inwoners en ketenpartners aan blijven werken. Hiervoor is het nodig dat zowel brongescheiden als nagescheiden pmd uit onze hoogbouw voor de inzamelvergoeding in aanmerking komt.
De gemeente Schiedam dient hierover op 29 november een motie in. Door de ketenovereenkomst aan te passen, hoopt de gemeente ook in de toekomst haar doelstellingen op het vlak van een duurzame en betaalbare afvalinzameling te kunnen halen én andere (grootstedelijke) gemeenten hiertoe te inspireren.

Jeroen Ooijevaar is wethouder openbare ruimte in Schiedam, namens GroenLinks en Progressief Schiedam.

Schrijf ook een betoog voor VNG Magazine: redactie@vngmagazine.nl