VNG Magazine nummer 20, 21 december 2018

Auteur: Leo Mudde
 
Ameland en Saba zijn klein, met weinig inwoners. Behalve dat het eilanden zijn, hebben ze weinig gemeen. Op één ding na: ze zijn beide koploper op het gebied van duurzame energie.

Hét symbool van duurzaam Ameland zijn de 23.000 zonnepanelen bij Ballum. Het zonnepark, twaalf voetbalvelden groot, ligt er sinds 2015. (Foto: Bert Spiertz/HH)


Wanneer Ameland over twee jaar, in 2020, (bijna) volledig in de eigen energiebehoefte voorziet, is dat voor een belangrijk deel de verdienste van burgemeester Albert de Hoop. Hij vertrok afgelopen zomer, na twaalf jaar burgemeesterschap, en drukte een stevig stempel op het duurzaamheidsbeleid van Ameland. Hij was nog maar kort op het eiland of onder zijn leiding werd de ambitie ‘zelfvoorzienend in 2020’ geformuleerd. In 2007 ondertekenden de gemeente, Eneco, gashandelaar GasTerra en de NAM het Convenant Duurzaam Ameland. Later sloten Philips, netwerkbeheerder Liander, TNO en de Hanzehogeschool Groningen zich aan.

Hét symbool van duurzaam Ameland zijn de 23.000 zonnepanelen bij Ballum, schuin achter kampeerboerderij Halfweg op de westelijke helft van het eiland. Het zonnepark, twaalf voetbalvelden groot, ligt er sinds 2015. Waren er aanvankelijk wat protesten, inmiddels hebben de Amelanders het park en de transitie-opgaven omarmd en zijn ze er zelfs trots op. Dat bleek wel uit de dorpsbijeenkomsten die in september 2017 werden gehouden in Ballum, Nes, Hollum en Buren. Het waren mooie bijeenkomsten, schreef lector energietransitie Klaas Jan Noorman van de Hanzehogeschool Groningen in het boekje met de samenvatting en conclusies van de ‘charettes’, zoals de sessies werden genoemd. De betrokkenheid van de Amelanders bleek groot en dat is belangrijk, want zonder de inwoners wordt de transitie geen succes.

Alles is bespreekbaar. Ja, ook windenergie

Dat zegt ook Ellen Bruins Slot (PvdA), sinds juli wethouder van onder meer duurzaamheid. Zij komt van het vasteland, was wethouder in Tytsjerksteradiel, maar is in een halfjaar onder de indruk geraakt van de manier waarop de eilanders zich bekommeren om een duurzame toekomst. ‘Alles is bespreekbaar. Ja, ook windenergie. Het is nu niet aan de orde in het stiltegebied van de Waddenzee, maar als alle maatregelen die we nu nemen niet genoeg zijn, dan staan de Amelanders open voor een gesprek over windmolens. Zeker als ze er zelf mede-eigenaar van zijn en dus ook de opbrengst ervan direct terugzien.’

Zover is het nog niet. Er wordt nu wel hard gewerkt aan een windpark voor heel Friesland, in het IJsselmeer. In 2021 draaien daar 89 windturbines die genoeg opwekken om een half miljoen Friese huishoudens van stroom te voorzien, maar dat staat los van de Amelandse ambitie om zelfvoorzienend te worden. De wethouder zou zelf voorstander zijn van een windpark waarin alle gemeenten kunnen participeren. ‘Als gemeenten niet zelf de hand aan de ploeg slaan, gaan de grote consortia ermee aan de haal.’

Voortvarend

Alle Waddeneilanden zijn ambitieus op het gebied van de energietransitie, zegt Bruins Slot, maar Ameland is wel behoorlijk voortvarend met zijn integrale aanpak waarin alle opties voor één duurzaam energiesysteem worden betrokken, Zo rijden de bussen op het eiland op groene stroom, bedrijven worden gestimuleerd te werken aan energiebesparing, er wordt straks geëxperimenteerd met hogedrukvergisting van keukenafval en zuiveringsslib uit de rioolzuivering voor het produceren van groen gas. Er is al een systeem van slimme openbare ledverlichting en er wordt gedacht over tests met getijdenenergie en geothermie. Van de 1600 woningen zijn er inmiddels 130 voorzien van een hybride warmtepomp en waar mogelijk worden de daken van woningen en bedrijven voorzien van zonnepanelen.

Amelanders willen dingen graag zelf doen

In het buitengebied heeft de straatverlichting sinds dit jaar overal een groene kleur. Dat is niet goedkoper of zuiniger dan het gewone witte of gele licht, maar is vooral een geste aan de trekvogels die over het eiland vliegen. Bruins Slot: ‘De geschiedenis daarvan begint bij de NAM, die gebruikte groen licht om de vogeltrek niet te verstoren. Het groene licht was ontwikkeld samen met Philips Lighting. De NAM is ermee gestopt omdat het mogelijk onveilig was voor het helikopterverkeer en toen zei Ameland: dan willen wij die lampen wel. Met Philips, een van onze partners in het duurzaamheidsconvenant, hebben we in de loop van de tijd een lichtplan voor het eiland ontwikkeld. Dat heeft geresulteerd in de groene ledverlichting in het buitengebied. Ameland is een proefgebied, maar ik zie geen reden waarom het ook niet in de rest van Nederland kan worden toegepast.’

Op zichzelf aangewezen

Ameland is een eiland, en dat helpt. Zo’n natuurlijk begrensd gebied is een goede plek voor pilots. Eilanders zijn altijd op zichzelf aangewezen geweest, zegt wethouder Bruins Slot, en daarom gewend de handen ineen te slaan in coöperatieachtige constructies. Zoals ze dat nu ook doen in de Amelander Energie Coöperatie (AEC). ‘Amelanders willen graag zelfvoorzienend zijn. Door nieuwe technieken uit te proberen, wordt duidelijk wat werkt en wat niet. Andere gemeenten kunnen daar hun voordeel mee doen.’ Overigens: helemaal zelfvoorzienend zal Ameland in 2020 waarschijnlijk  niet zijn. Dat bleek al eerder, maar de ambitie blijft in stand; zo houdt het eiland de druk op de ketel.
 

Te veel energie

Het zonnepark van Ameland produceert soms meer energie dan de eigen huishoudens gebruiken. Wat te veel is, levert Ameland via de kabel die op de bodem van de Waddenzee ligt aan het vasteland. Maar als de energiebehoefte van de bedrijven en – vooral – de toeristen wordt meegerekend, dan zouden er nog minstens drie vergelijkbare zonneparken bij moeten. Een tweede is overigens in voorbereiding, maar de eigen daken krijgen vooralsnog voorrang.

Voor de beeldvorming: Ameland telt 3600 inwoners, maar tijdens topdagen in het toeristenseizoen zijn er soms 60.000 mensen op het eiland. En dan is er nog de veerboot die minstens zeven keer per dag heen en weer vaart tussen Holwerd en Nes. Alleen die al verbruikt even veel energie als de gezamenlijke Amelander huishoudens.Ameland onderzoekt de mogelijkheden om de stroom die het eiland te veel opwekt, niet te laten wegvloeien naar het vasteland maar zelf op te slaan in de vorm van waterstof dat kan worden  omgezet in groen gas. Binnen het convenant Duurzaam Ameland werkt de gemeente samen metde NAM, die vanaf 2022 geen stikstofoxiden meer mag uitstoten op het gaswinningsplatform dat voor de kust van Ameland ligt. De NAM wil het platform bij voorkeur op duurzame elektriciteit laten draaien. Die kan mogelijk worden opgewekt in een brandstofcel op het eiland gevoed kan worden met groen gas. De warmte van de brandstofcel kan dan lokaal worden benut voor de verwarming van woningen en zwembaden.

Saba

Foto: Saba Electric Company

Een ander Nederlands eiland, ruim zevenduizend kilometer van Ameland, werkt ook hard aan een duurzame toekomst. Deze week werd op Saba, het kleinste eiland van Caribisch Nederland, een tweede zonnepark in gebruik genomen. Samen met het eerste, dat vorig jaar operationeel werd, voorziet het in 40 procent van de energiebehoefte van het tweeduizend inwoners tellende eiland. Feitelijk is sprake van één zonnepark dat in twee fasen is gerealiseerd, met in totaal meer dan zesduizend panelen.

Het realiseren van een zonnepark op een eiland dat eigenlijk één grote berg is en waarvan alle grond in particuliere handen is, was niet gemakkelijk, vertelt directeur Dexter Johnson van Saba Electric Company (SEC). SEC, een volle dochter van het Openbaar Lichaam (‘bijzondere gemeente’) Saba, is de energieleverancier van het eiland. ‘De meeste tijd is gaan zitten in juridische procedures en onderhandelingen over de grond. Sowieso kwamen niet veel locaties in aanmerking. De grond is hard, vulkanisch, en de hellingen zijn stijl.’

Het enige, betrekkelijk vlakke stuk met een geschikte ligging ten opzichte van de zon werd gevonden naast het kleine vliegveld. Maar omdat de materialen werden aangevoerd via de haven aan de andere kant van het eiland, moest alles over de smalle, bochtige en steile verbindingsweg worden vervoerd. Een megaklus voor het kleine eiland, maar het is gelukt. Ook is er een opslaginstallatie voor stroom bij de haven; de zonne-energie wordt via kabels naar die batterijen getransporteerd. Ondergronds, want het eiland is kwetsbaar voor orkanen. Het windpark zelf moet orkanen tot de vierde categorie kunnen doorstaan.

Behalve Saba zet ook de andere Caribische gemeente Sint Eustatius stevig in op zonne-energie. Zonnepanelen voorzien daar in 46 procent van de behoefte. Bonaire focust vooral op windenergie.