Het kabinet wil de integriteitsregels van de verschillende overheidslagen zoveel mogelijk uniformeren. Dat schrijft minister Hanke Bruins Slot van Binnenlandse Zaken in een nota over het integriteitsbeleid.
Er zijn nu nog grote verschillen in de benadering van integriteit door enerzijds het rijk en anderzijds gemeenten en provincies, schrijft Bruins Slot. Zo kent het rijk strengere regels voor wat betreft nevenfuncties van bewindslieden en Tweede Kamerleden dan gemeenten die kennen voor wethouders en raadsleden. De minister wil de regels zoveel mogelijk uniformeren, waar de taken en rollen dat mogelijk maken. Zo kan de precieze normstelling per overheidsorgaan verschillen, en is een verbod op nevenfuncties voor raadsleden – een deeltijdfunctie – ‘onwerkbaar’.
De minister wil het integriteitsbeleid ‘verstevigen’. Het huidige beleid is inmiddels zo’n dertig jaar oud en sluit op een aantal punten niet meer aan bij de huidige situatie en bij internationale regels.
Bruins Slot wil onder meer de regels over de screening gelijktrekken voor bewindspersonen, burgemeesters en wethouders. Ze gaat met de VNG in gesprek over welke onderdelen er verder gelijkgetrokken kunnen worden.
Daarnaast komt er een handboek waarin vertegenwoordigers van decentrale overheden kunnen opzoeken hoe ze moeten omgaan met integriteitskwesties. Het rijk heeft met de Gedragscode Integriteit Rijk al zo’n handboek waarin het juridisch kader op een rij gezet wordt, maar een dergelijk overzicht ontbreekt nog op gemeentelijk niveau. Het handboek maakt deel uit van het vernieuwde integriteitsbeleid waar de minister aan werkt en moet decentrale overheden, politieke partijen en bestuurders ondersteunen bij het bevorderen van het integriteitsbeleid.
Redactie VNG Magazine