Nu het kabinet heeft besloten zelf het risico te dragen voor de extra bezuiniging van € 511 miljoen op de jeugdhulp, ontstaat ruimte voor een doorstart van de Hervormingsagenda Jeugd. Op basis van de eerder opgestelde bouwstenen, wordt in de periode tot medio november een hoofdlijnenagenda ontwikkeld.
In het najaar van 2021 ontwikkelden we gezamenlijk met alle 5 partijen – de vijfhoek – al de bouwstenen voor de hervormingsagenda. Deze bouwstenen vormen mede de basis voor het rapport ‘Onze jeugd verdient beter!’ van de partners en de visie van de staatssecretaris van VWS op het jeugdstelsel. Het rapport en de visie betrekken we uiteraard bij de verdere uitwerking van de hervormingsagenda.
Monitoring hervormingsagenda
Een deskundigencommissie stelt vast op welke wijze de agenda wordt geïmplementeerd en wat de inhoudelijke en financiële opbrengsten van de agenda zijn. De VNG en het rijk hebben afgesproken deze commissie op tijd in te richten, zodat deze voorafgaand aan de start van de uitvoering van de agenda operationeel is.
Lopende initiatieven
De hervormingsagenda bouwt voort op initiatieven van de afgelopen jaren. In 2022 pakte de VNG al een aantal punten uit de uitspraak van de Commissie van Wijzen op om beter voorbereid aan de slag te kunnen gaan met de Hervormingsagenda Jeugd:
- Een onderzoek naar de maatregelen die gemeenten al in 2022 hebben genomen om te komen tot een beheersbaar stelsel. Het rapport onderstreept wat ons betreft enerzijds de urgentie om stevig aan de slag te gaan met de hervormingsagenda en de vragen in het jeugddomein en biedt anderzijds inspirerende handvatten aan gemeenten voor het versterken van de eigen praktijk.
- Een quickscan naar de doorontwikkeling van het Landelijke Transitie Arrangement (LTA: landelijke inkoop van hoog-specialistische jeugdhulp). De verdere opvolging van dit onderzoek is mede afhankelijk van de keuzes die in de hervormingsagenda worden gemaakt rondom het thema (boven-) regionale samenwerking. Daarom betrekken we in het gesprek over de hervormingsagenda de inhoud van deze quickscan.
Extra bezuiniging voor rekening en risico rijk
Het is aan het rijk de extra besparing van € 511 miljoen in te vullen met (wettelijke) maatregelen. Denk hierbij aan maatregelen waardoor gemeenten minder middelen nodig hebben en/of waarbij alternatieve inkomsten gegenereerd worden. Een voorbeeld hiervan is de invoering van een eigen bijdrage. Als (een deel van) deze maatregelen geen of niet tijdig doorgang vinden, draagt het rijk het budgettaire risico. De te nemen maatregelen zijn niet ter vervanging, maar aanvullend op de beoogde hervormingsagenda.