VNG Magazine nummer 5, 1 april 2022

Tekst: Rutger van den Dikkenberg | Beeld: Shutterstock

Er komt veel op nieuwe raadsleden af: nieuwe dossiers, nieuwe procedures, nieuwe mores. hoe ga je daarmee om? VNG Magazine vroeg ervaren raadsleden naar hun belangrijkste tips. Een top-7.
 

Raadsleden

Tip 1. Fouten maken mag
Voor je staat een geheel nieuwe wereld, met een eigen jargon, eigen procedures, complexe dossiers en nieuwe taken en verantwoordelijkheden. Je zult als raadslid het spel niet op de eerste dag volledig in de vingers krijgen. Dat is niet erg. ‘Val en sta op’, stelt Daan Hooiveld van Gemeentebelangen Borger-Odoorn. ‘Een uitglijder maken is niet erg. We zijn allemaal mensen. Probeer, gebruik je creativiteit en laat je niet uit het veld slaan.’ 
Charif El Idrissi is raadslid voor HAP in Haarlemmermeer: ‘Gun jezelf de tijd om alles goed te ontdekken,’ zegt hij. ‘Het maken van fouten of iets gewoonweg niet weten, is in het begin dan ook de normaalste zaak van de wereld.’
Het is uiteindelijk wel zaak om de politieke mores snel te kennen, zegt Haitske van de Linde (VVD, Hilversum). ‘Zorg dat je de regels en procedures kent’, schrijft ze. ‘Als het erop aankomt, winnen de preciezen.’

Tip 2. Wees geduldig
Je bruist als nieuwbakken raadslid natuurlijk van de ambitie. Je hebt goede plannen voor stad, dorp of wijk en ziet ze het liefst gisteren al gerealiseerd. De praktijk is echter weerbarstig: je kent de weg nog niet tussen alle procedures, moet je nog inlezen en de besluitvorming loopt traag.
‘Kijk de kat uit de boom’, zegt raadslid Daan Pruimboom (LADA, Hollands Kroon). ‘Het is beter om je het eerste halfjaar toe te leggen op het opbouwen van dossierkennis, dan er met gestrekt been in te gaan.’  
Heb je de basiskennis op orde, dan blijft geduld een schone zaak. Een verandering breng je niet zomaar teweeg. ‘Niet alles gaat lukken’, weet Astrud Wildschut (D66, Purmerend), ‘Zeker als je in de oppositie komt, is het soms lastig om dingen te realiseren. Houd daar rekening mee.’

Tip 3. Stel je constructief op
Alle leden van de gemeenteraad willen maar één ding: het beste voor de inwoners. Wat dat is, en hoe dat bereikt kan worden, is onderwerp van het politieke debat dat je de komende vier jaar in de gemeenteraad gaat voeren. Je doet het samen, en hebt elkaar nodig om goede dingen te bereiken. 
Een positieve toon helpt, zegt Michelle van Doorn (Partij voor de Dieren, Nijmegen). ‘Dit werkt niet alleen beter in relaties op het werk of in de privésfeer, maar zeker ook bij kiezers en collegaraadsleden. En gun een ander een succes, ook als je dat zelf had willen boeken.’
Investeer ook in de onderlinge relaties. ‘Ga af en toe met elkaar de kroeg in’, zegt Patty Wolthof (PvdA, Zwolle), ‘of stuur eens een bloemetje als iemand het moeilijk heeft’. Haitske van de Linde: ‘Wees oprecht geïnteresseerd in elk perspectief en vraag door naar de bedoeling, want daarop kun je verbinden.’

Tip 4. Vraag hulp
Je bent deel van een fractie, een gemeenteraad met een deskundige griffie, wellicht een landelijke partijorganisatie. Kortom: je bent omringd met mensen met ervaring en kennis van zaken. Maak daar gebruik van. 
‘Steek je licht eens op bij degenen die ervaring hebben’, adviseert Marcus Elzinga (Gemeentebelangen Twenterand). ‘Je hoeft het niet alleen te doen’, zegt Patty Wolthof (PvdA, Zwolle).’ Laat experts, ervaringsdeskundigen, betrokken organisaties of bewoners meelezen op onderwerpen. Juist de diversiteit aan meningen kan je helpen.’ 
Als er een probleem is waarvoor een oplossing moet worden gezocht, probeer dan ook niet zelf het wiel uit te vinden. Astrud Wildschut: ‘Beter goed gejat dan slecht bedacht. In veel gemeenten spelen dezelfde dingen.’
Weet ook: iedereen was ooit nieuw in de gemeenteraad, zegt Bo ter Braak (CDA, Borne). ‘Het kan fijn zijn een ervaren bestuurder als sparringpartner, adviseur of vertrouwens­persoon als buddy te hebben, en waar je altijd terecht kunt.’

Tip 5: Ken je dossiers
Dossierkennis is cruciaal, zeggen bijna alle raadsleden die tips hebben ingeleverd. ‘Het gaat om de inhoud, niet om de likes,’ zegt onafhankelijk raadslid Hans van Mourik uit Gorinchem. Maar moet je álles weten? Nee, zeggen de meesten. Begin met een portefeuille waar je affiniteit mee hebt. ‘Je kunt je onmogelijk met alle dossiers bezighouden, dus verdeel de taken in je fractie’, zegt Daan Pruimboom. ‘Kies twee of drie onderwerpen en focus je daarop’, adviseert Miranda den Tuinder (D66, Hoeksche Waard). ‘Je kunt niet alles tegelijk.’
Maar let op: als raadslid stem je over álle onderwerpen die voorbijkomen, ook de dossiers waar je zelf niet zoveel mee hebt en waar een fractiegenoot het woord over voert. ‘Van jou wordt verwacht dat je een besluitvormend standpunt in kunt nemen op alle onderwerpen’, zegt Bo ter Braak. ‘Zorg daarom dat je ook kennis hebt van die dossiers.’ Haitske van de Linde: ‘Uiteindelijk moet jij er namelijk ook over stemmen.’

Tip 6. Blijf jezelf
Makkelijker gezegd dan gedaan: wees authentiek. Daan Hooiveld: ‘Inwoners houden van oprechtheid. Behoud dan ook je eigen stijl, zowel in woordvoeringen als in je presentatie naar je inwoners toe.’ Michelle van Doorn: ‘Probeer vooral niet een andere politicus te imiteren, ook al bewonder je diens stijl. Je wordt alleen geloofwaardig als je jezelf blijft en gun jezelf ook de tijd en ruimte om je stijl te ontdekken.’ Wel van belang, vindt Astrud Wildschut: ‘Blijf altijd integer en bij jezelf; laat je niet beïnvloeden en sta voor wat jij belangrijk vindt.’

Tip 7. Ga naar buiten
Tot slot de belangrijkste tip, afgaand op hoe vaak deze wordt genoemd: je doet het voor de inwoners. ‘Raadswerk doe je niet voor jezelf, voor de inwoners van de stad’, stelt Hans van Mourik. Dossierkennis is belangrijk (tip 5). Maar, zegt Charif El Idrissi, ‘investeer je tijd niet alleen in het lezen van stukken. Veldonderzoek is net zo belangrijk. Ga daarom het veld in en haal zo veel mogelijk op bij inwoners.’ ‘Ga naar buiten’, zegt Willem-Jan Verdoes (CU/SGP, Zuidplas). ‘Zoek de inwoners actief op’, stelt Hanneke Willemstein (GBSV, Alphen-Chaam), ‘niet alleen bij inspraakavonden, maar ook in het café. Je hoeft het niet altijd over politieke zaken te hebben, maar zorg dat je de inwoners leert kennen.’ 
Bo ter Braak, ten slotte: ‘Vergeet niet dat de belangrijkste gesprekken en de meeste informatie vanuit de samenleving komen, bijvoorbeeld langs het voetbalveld. Je bent gekozen door de samenleving om als vertegenwoordiger op te treden. Verlies dat niet uit het oog.’