Veel mensen denken bij Linda Voortman wellicht nog aan het Tweede Kamerlid dat zich inzette voor participatie en volksgezondheid. In Utrecht weten ze al een paar jaar dat de wethouder haar idealen ook koppelt aan de digitaliseringsagenda van de stad. 'Omdat digitalisering juist vóór burgers kan werken. Mits we daar een ethische weging aan geven.'
Waarom is het voor u en voor Utrecht duidelijk dat ethiek een rol moet spelen bij de inzet van nieuwe technologie?
'Digitalisering is een realiteit in alle beleidsterreinen waarmee de gemeente te maken heeft. Waar je burgers mee te maken hebben! Van inkomensvoorzieningen tot en met camera’s in de stad. Is er nog iets waar geen technologie in zit?
We hebben die technologie nodig, dus dan kun je daar maar beter zelf actief op zijn, want we hebben gezien dat het nog weleens misgaat tussen overheid en ICT. Daarom moeten wij als overheid altijd blijven nadenken. Mag het, kan het, willen we dit en kunnen we het uitleggen; niet alleen aan de wethouder, maar ook aan de buurvrouw. Dat zijn typisch ethische afwegingen. In Utrecht is de bewustwording hiervoor al vroeg ontstaan. We hebben mondige burgers, een bestuur dat hier scherp op is, we waren een van de eerste gemeenten met een Functionaris Gegevensbescherming. Het zit in ons DNA en dat past mij persoonlijk ook wel.'
Zo’n belangrijk thema kan natuurlijk niet afhankelijk zijn van een bestuur dat straks weer weg is.
'Zeker niet. We hebben een overkoepelende visie geformuleerd die is aangenomen door de gemeenteraad, de Visie Digitale Stad 2020-2024. Daarin is een doorgaande lijn neergezet én hebben we het Utrechtse waardenmodel benoemd. Dat model is geïnspireerd op het waardenmodel van het Rathenau Instituut en de ethische data assistent DEDA, ingekleurd met wat wij als Utrecht belangrijk vinden.'
Een waardenmodel voor digitalisering, hoe werkt dat?
'Elk digitaliseringstraject dat invloed heeft op onze burgers – en dat is vrijwel altijd het geval – toetsen we aan het waardenmodel. De waarden waar het om gaat zijn privacy, autonomie, menselijke waardigheid, gezondheid, rechtvaardigheid, veiligheid, controle op technologie en machtsverhoudingen. Voor die toetsing hebben we een eigen methodiek ontwikkeld: Uthiek. In een Uthiek-assessment stelt een groep collega’s elkaar vragen die met die waarden te maken hebben; willen, mogen en kunnen we dit, rekening houdend met die waarden? Zo’n groep bestaat niet alleen uit mensen die verstand hebben van digitaliseringsvraagstukken, maar ook uit collega’s van het vakonderdeel waarbinnen het voorgenomen traject plaatsvindt. En we raadplegen externe experts. Een volgende stap die we willen nemen is om ook burgers te betrekken bij Uthiek-assessments. Zo’n gemengde samenstelling is belangrijk. Het zorgt ervoor dat je samen verantwoordelijk bent en dat besluiten in balans genomen worden. Je kunt je voorstellen dat iemand heel erg enthousiast is over een eigen project, dan is het goed dat er ook iemand meepraat die kan ‘tegenhangen’, die een open blik heeft.'
Klinkt goed, maar hoe organiseer je dat 4000 ambtenaren op deze manier met hun werk omgaan?
'Dat gaat niet vanzelf. Niet elke ambtenaar is zich ervan bewust dat zijn of haar werk ook aan digitalisering raakt. Dat is een mindset die moet groeien. Dat betekent veel praten over de impact van digitaliseringstrajecten, en vooral de ervaringsdeskundigen die we in huis hebben inzetten als ambassadeurs. Laat hen maar vertellen waarom een traject succes heeft dankzij Uthiek, of juist is afgeblazen. Want er is geen goed of fout; ook als een traject op basis van het waardenmodel niet doorgaat, is het leerzaam om te ontdekken waarom dat zo is. Ik merk dat we hier als organisatie steeds bekwamer in worden. We hebben de afgelopen anderhalf jaar zo’n 60 Uthiek-assessments gehouden. Zoals rond het Huishoudboekje, dat vind ik zelf een mooi voorbeeld waarmee je kunt laten zien dat je niet bang hoeft te zijn voor technologie, maar dat die juist vóór mensen kan werken. Dat is voor mij een belangrijke drijfveer voor de inzet van technologie: het verkleinen van de kloof tussen mensen. Een ander voorbeeld is het traject rond de bodycam voor boa’s. Willen we dat en waarom dan? Hoe verhoudt de veiligheid van de boa zich ten opzichte van de privacy van de burger? Mag je de data die je ophaalt openbaar maken? Op die manier lopen we al die waarden langs en kijken we hoe die zich tot elkaar verhouden.'
En de uitkomst van het Uthiek-assessment is bepalend voor een go/no go?
'Nee, niet uitsluitend. Als een traject op de tafel van het bestuur belandt, kijken we uiteraard ook of het financieel haalbaar is en of er geen andere risico’s zijn. Maar de ervaringen tot nu toe leren dat we door aan de voorkant zo intensief aan de slag te gaan, grip krijgen op complexe digitaliseringstrajecten. Daardoor neem je veel obstakels weg voordat ze op die bestuurstafel terechtkomen. En, ook niet onbelangrijk, door zelf goed na te denken over digitalisering, zorg je dat je geen speelbal wordt van de markt.'
Is dit niks voor de rijksoverheid?
'Absoluut. Het zou mooi zijn als alle digitaliseringsprojecten van de overheid systematisch langs ethische waarden worden gelegd. Ze mogen ons model gebruiken!'