VNG Magazine nummer 10, 17 juni 2022
Auteur: Marten Muskee | Beeld: Dirk Hol
De Universiteit Utrecht doet onderzoek naar de europeanisering van gemeenten en provincies. Provincies hebben zich meer aangepast aan de Europese integratie dan gemeenten, zegt onderzoeksleider Hans Vollaard.
Waarom dit onderzoek?
‘Of gemeenten en provincies het willen of niet, ze hebben met Europa te maken. Kijk naar het stikstofdossier of de inkoop van de jeugdzorg, dan weten mensen het meteen. De natuur, het leefklimaat en eerlijke inkoop worden beschermd onder Europese regels. Dat beïnvloedt dus de beleidskeuzes. Overheden die zich niet aan de regels houden, lopen de kans voor de rechter te worden gedaagd. Dus je moet rekening houden met Europa. Andersom geldt dat ook. Als de EU wil dat beleid goed wordt uitgevoerd, dan moeten de overheden de regels wel kúnnen naleven. Daarnaast hebben niet alleen de Nederlandse overheden te maken met klimaatverandering, de energietransitie en mobiliteitsvraagstukken. Je kunt leren van andere gemeenten in Europa. Het onderzoek is van belang omdat het een beter beeld biedt hoe gemeenten kunnen inspelen op de beperkingen en mogelijkheden van Europese integratie.’
Zijn er in deze fase van het onderzoek al zaken die opvallen?
‘Gemeenten en provincies kunnen zich op verschillende manieren aanpassen aan de Europese integratie. Denk aan het werven van subsidies of door jezelf op de Europese markt te presenteren met een aantrekkelijk vestigingsklimaat voor bedrijven. We zien dat de provincies zich meer hebben aangepast aan de Europese integratie dan gemeenten. Onder gemeenten bestaat grote diversiteit: sommige passen zich nauwelijks aan, andere passen zich op allerlei vlakken aan. Vooral de grotere gemeenten en de grensgemeenten zijn Europees gericht. Knelpunten zijn volgens provincies en gemeenten vaak terug te voeren op een gebrek aan personele capaciteit, financiële middelen en kennis.’
Hoe verloopt het onderzoek verder?
‘Begin volgend jaar verwachten we het onderzoek te presenteren. In eerste instantie is een enquête gehouden onder gemeenten, waar ik me nu op baseer voor de antwoorden. Nu gaan we de fase in met interviews en focusgroepen. Maakt het bijvoorbeeld uit welke partijen er in de raad of college zitten hoe een gemeente zich aanpast aan Europa? Is die aanpassing vooral afhankelijk van een bestuurder? Als het beeld duidelijk is, kunnen we aangeven waar de knelpunten zitten en wat de oplossingsrichtingen zijn om beter in te spelen op zowel de mogelijkheden als beperkingen van de Europese integratie. Vaak wordt Europa ook als gedoe beschouwd, denk bijvoorbeeld aan de discussie rond de vrijwillige brandweer. In het rapport zullen we ook aangeven hoe Europa meer kan zijn dan gedoe. En hoe samenwerking tussen gemeenten en provincies daarbij kan helpen.’